„Deze onduidelijkheid leidt tot een enorme chaos”
3 april 2025
Uitspraak in lelieteelt legt mogelijk complete landbouw lam
Nu het stof na de uitspraak van de Raad van State over de lelieteelt nabij het Drentse Natura2000-gebied Holtingerveld van woensdag voorzichtig is neergedaald, lijkt de mogelijke impact te leiden tot chaos. Want feitelijk is het een uitspraak over het verzoek van Vereniging Milieudefensie tegen Provincie Drenthe om handhavend op te treden rond de inzet van gewasbeschermingsmiddelen op een leliepercelen. Toch wordt gevreesd dat de uitspraak breder impact heeft, met mogelijk grote gevolgen voor de gehele landbouw waar gewasbescherming, chemisch of biologisch, gebruikt wordt. „De uitspraak is in de praktijk onuitvoerbaar.”
Welke afstand moet er tussen een teelt en Natura2000-gebied liggen, als er een natuurvergunning is? Heeft de uitspraak alleen gevolgen voor de lelies of geldt het voor andere teelten? Hoe moet een individuele teler überhaupt toetsen dat gewasbeschermingsmiddelen geen negatieve gevolgen heeft op natuur? Wat moeten telers op dit moment doen? „Het zijn allemaal vragen die wij ook hebben”, vertelt Peter Knippels, hij is themaspecialist gezonde planten bij LTO Nederland. „Ik heb de uitspraak bekeken. Nou ben ik geen jurist, maar mijn gedachten schieten alle kanten op.”
Complete chaos
Volgens Knippels komt de onduidelijkheid ook vooral omdat het hoogste gerechtsorgaan in haar uitspraak vaag blijft. Bijvoorbeeld over de te hanteren afstanden tot een Natura2000-gebied, de bestuursrechter verschillende termen hanteert zoals drift, maar in de uitspraak het heeft over depositie naar habitattypen, dat er met een drainage geen sprake is van een overtreding, maar dat in de uitspraak eigenlijk alles van tafel wordt geveegd. „Deze onduidelijkheid leidt tot een enorme chaos”, is de conclusie van Knippels. „De rechtszaak gaat in principe tussen Milieudefensie en de provincie over het hoofd van een individuele ondernemer, maar de gevolgen van de uitspraak zijn onduidelijk. Geldt dit alleen voor de individuele ondernemer, het Holtingerveld, de lelieteelt of heel Nederland. Het is onduidelijk, maar wij denken het laatste. Gevolg is dan dat provincies aan de slag moeten met nieuwe beheerplannen. De vraag is dus ook staat de wereld nu al op slot of komt de wereld op slot te zitten?”
LTO en KAVB treden in overleg met de provincies, het ministerie van LVVN en het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) over de impact van de zaak en oplossingsrichtingen. De uitkomst wordt binnen afzienbare tijd verwacht. LTO-voorzitter Ger Koopmans gaf eerder al aan dat de inzet is om praktisch uitvoering te geven aan de uitspraak. „De juridische omgang met het zogenoemde ‘voorzorgsprincipe’ moet veranderen. Met de huidige interpretatie daarvan komen we in een samenleving terecht waarin ieder denkbaar risico economische sectoren lam kan leggen. De doorwerking daarvan op onze economie kan desastreus worden.”
Mogelijke gevolgen voor andere teelten
Evelien Drenth, beleidsadviseur akkerbouw en vollegrondgroenteteelt bij LTO Nederland maakt zich grote zorgen, ook voor andere teelten. „We hebben de indicatie dat Meten=Weten en de Milieufederatie niet gaan stoppen bij de lelieteelt. Als het gaat om absolute aantallen werkzame stoffen dan staan aardappelen in bepaalde rapporten op plek twee. Dus ja, wij denken die ook gevaar lopen als we deze uitspraak over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in algemene zin moeten benaderen.”
„In grote lijnen komt het er op neer dat je in de buurt van Natura2000-gebieden voor een vergunning moet aantonen dat jouw handelen niet schadelijk is voor flora en fauna. Dat is gewoon niet uitvoerbaar. Van werkzame stoffen heeft niemand daarvoor drempelwaarden. Als ik een parallel trek met stikstof, waar eerder een vergelijkbare uitspraak over is gedaan, dan hebben we het over twee moleculaire stoffen waar je dingen voor moet aantonen binnen het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Met gewasbeschermingsmiddelen hebben we het over veel meer dan 100 chemische en biologische stoffen waarvan we grenswaarden moeten bepalen. Een exercitie die gewoonweg onuitvoerbaar is.”
Onzekere toekomst voor akkerbouwers
Voorzitter Adrie Vermeulen van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV) geeft aan dat er vanuit zijn organisatie nog niet een officieel statement is. De uitspraak is nog te prematuur. Hij laat echter wel weten dat grote zorgen te hebben. „Wij vinden het spannend als het gaat over de impact voor de akkerbouw. Als iedereen straks een natuurvergunning moet aanvragen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, dan maakt het de toekomst van de telers wel heel onzeker.”
Vermeulen benadrukt dat hij vindt dat de European Food Safety Authority (EFSA) en het Ctgb goed werk verrichten in de beoordeling van gewasbeschermingsmiddelen. „Daar hebben we vertrouwen in. Het is het anker waarmee we als teler toegelaten middelen op een goede manier toepassen. Deze uitspraak gaat verder en hoe we hier mee om moeten gaan, is nog zoeken. Als het gevolg is dat we gevolgen van middelen, inclusief groene en biologische middelen moeten gaan toetsen op impact op de natuur, verrast dat ons enorm.”
Reactie College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb)
Het Ctgb liet in een korte reactie weten dat zij gewasbeschermingsmiddelen beoordelen volgens de internationale afspraken en in de wetgeving verankerde criteria. Het is feitelijk juist dat de gevolgen van het gebruik van middelen op Natura2000-gebieden daar niet onder valt. Wat impliciet inhoudt dat voor het afgeven van een natuurvergunning de toelating van een middel door het Ctgb niet als uitgangspunt genomen kan worden.
Reacties van het ministerie van LVVN en provincie Drenthe
Reactie ministerie LVVN
'De uitspraak van de Raad van State geeft aan dat gevolgen van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen bij lelieteelt op Natura2000-gebieden niet is uitgesloten', zo laat een woordvoerder van landbouwminister Femke Wiersma (BBB) schriftelijk weten. 'Ondernemers moeten volgens de uitspraak ofwel een natuurvergunning hebben, of zij moeten via een zogenoemde ‘voortoets’ kunnen aantonen dat de gewasbeschermingsmiddelen geen negatieve gevolgen hebben op Natura2000-gebieden. Dit betekent waarschijnlijk een extra last voor ondernemers en provincies. We gaan de uitspraak en de precieze gevolgen eerst nader bestuderen en in kaart brengen. Dit doen we in nauwe samenwerking met de provincies en sectorpartijen.’
Reactie Drenthe
Gedeputeerde Gert-Jan Schuinder (BBB) van Drenthe staat in een brief aan Provinciale Staten kort stil bij de uitspraak. 'De Raad van State geeft aan dat meer onderzoek nodig is naar de effecten van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op Natura-2000 gebieden bij lelieteelt. Wij willen ons inzetten om dat onderzoek op landelijk niveau te organiseren. Ondertussen beraden wij ons op de uitspraak en wat dat precies betekent voor de lelieteelt in Drenthe. Wij streven ernaar om zo snel als mogelijk een duidelijke lijn te schetsen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen bij lelieteelt.'
Een woordvoerder van Gedeputeerde Staten kon donderdagmiddag nog niet reageren op wat de uitspraak betekent met het oog op de praktijk en verwijst naar de Statenbrief.
2 reacties :
Maar voor defensie maken we een uitzondering.
Er is in Nederland helemaal geen natuur meer. Wat er zogenaamd aan natuur is is aangelegd en dat is geen natuur, dat is een park.
Een reactie posten