Rosanne Herzberger heeft zich teruggetrokken als Tweede Kamelid van de NSC. Reden? De slechte omgangsvormen in de politiek en coalitie.

Maar als columniste kon zij er destijds ook wat van!

Uit de oude doos.

Door Leonardo da Gioiella.

Commentaar op column Rosanne Herzenberger in NRC (zie hier): ‘Legt de wetenschapper het af in bullshitbingo?’

Laat ik het niet verhullen: ik heb wat met Rosanne. Ze heeft mij ooit genoemd in één van haar columns … als enige voor zover ik weet, ik bedoel: dat hier de namen Berkhout en Thoenes gaan vallen, en bij Rosanne vielen, is logisch, de heren hebben de publiciteit gezocht; maar ik, eenvoudige boerenlul … Wel, ze had een column gewijd aan de babyboomers, en daarover had Rosanne de waan van de dag te melden, en ik was het daar niet zo mee eens, en van het een komt het ander, totdat …

Totdat plotseling een oom verscheen, ome Dolf, die liet weten dat hij blij was Rosanne, zijn nichtje, weer gevonden te hebben, hij had al eerder naar een manier gezocht om met haar in contact te komen, dus als dit zou leiden tot herstel van de oom-nichtje-verhouding, het zou hem een waar genoegen zijn.

En passant sprak hij haar aan op haar jeugd, de manier waarop ze tot haar opvattingen kwam en, tussen de regels door kon je lezen: zo heb ik je dat toch niet geleerd. En hij schreef letterlijk dat ze lippendienst bewees aan het extremistisch populisme, om te eindigen met: zanik niet over dingen waar je te weinig van snapt.

Prompt kreeg ik het verwijt dat ik Rosanne op haar leeftijd zou hebben aangesproken. Dat heb ik niet gedaan, dat deed oom Dolf, en ik schreef daarop: Meisje van 25 of geen meisje van 25, ze leidt als columniste van NRC een expertdiscussie in …

Guus Berkhout.

Laten we even vaststellen, ik ga hier opnieuw iets persoonlijks van Rosanne aan de orde stellen: haar kinderen en haar moeder zijn. Maar niet omdat ik die in de discussie breng, nee: die brengt ze zelf in als argument in haar column waarin ze, zachtjes gezegd, Berkhout en Thoenes de les leest. De oren wassen is ook een uitdrukking. Nou ja, nog steviger, maar dan op z’n Italiaans: loro fa girare le coglione (nou, dat gaan jullie wel ontdekken).

Dus als Rosanne mij opnieuw aan wil spreken op het gebruik van persoonlijke kenmerken …

Rosanne wijdt haar column dus aan het artikel dat Berkhout en Thoenes in Elsevier hebben geschreven. Ze doet dat onder de kop … poeh … Legt de wetenschapper het af in bullshitbingo? … poeh … dat is niet mis heren. En Rosanne is niet de eerste de beste, dat jullie dat wel weten.

Geeft Rosanne daarvoor ook argumenten in haar column?

Nee.

Voor hen die het niet hoorden, of mij nu ongelovig aankijken: Nee!

[Sorry, ik wilde dat even op voorhand kwijt, ter geruststelling van Berkhout en Thoenes, en om al te overdreven enthousiasme van mede-alarmisten onmiddellijk in de kiem te smoren.]

[Ik ben trouwens – ook buiten de orde, maar ook weer niet helemaal – wel benieuwd naar wat Smeets, de huisfilosoof van klmaatverandering.nl, van haar nieuwe = oude vorm van argumenteren vindt. Smeets heeft indertijd meegedaan om Rosanne de oortjes te wassen over baby-booming, en andere standpunten. Toen we nog op één lijn zaten, zal ik maar zeggen.]

Terug naar de argumenten van Rosanne. Wat brengt ze in?
– de leeftijd van Berkhout en Thoenes, (en niet zo heel erg positief);
– haar kinderen (terwijl ze met de toekomst bezig is heeft ze haar, in potentie toch aankomende, kleinkinderen vergeten);
– een postbode die een glas water drinkt in haar gang, omdat het een warme oktoberdag is;
– ze hoort de hoorn van het cruiseschip dat midden in haar milieuzone zijn zware stookolie verbrandt;
– anti-vaccinatie e-mails;
– de autogordel-truc: nou lees ik veel opiniestukken, maar die ben ik nog nooit tegengekomen … nou ja, lees zelf maar wat voor onzin ze daarover te melden heeft;
– en, trumping Trump: het is allemaal nepnieuws!


Oh … en dan deze – nu zijn we waar we wezen willen. Berkhout en Thoenes brengen klimaatcliché’s uit de kinderachtige categorie in: CO2 verminderen werkt niet. Windmolens werken slecht. De opwarming komt door de zon. Maar dan voelt ze zich onzeker en trapt op de rem: kan dat even gecheckt worden? Nou, ’t is meer een opdracht: check!

Wel, daar ligt natuurlijk het probleem. Hier gaat het nu precies om arbitraire inzichten. Het staat allemaal niet vast. Checken is dus moeilijk. En nog erger: wat deze zaken betreft kunnen Berkhout en Thoenes tenminste nog aanspraak maken op (enige) autoriteit. Zo niet Hertzberger, die is microbioloog.

Ook dit komt langs, en ze spreekt nu als wetenschapper. Lukt het überhaupt om geloofwaardig over te komen als jij wél de complexiteit en de onzekerheden uit het vakgebied moet communiceren?
En daar hebben we des Pudels Kern. Want als de climatologist community de complexiteit van het klimaatsysteem over het voetlicht moet brengen en al hun onzekerheden moeten gaan enumereren, dan a) komen ze voorlopig niet toe aan hun eigenlijke werk en b) wordt dan voor iedereen duidelijk dat er van die toekomst maar bar weinig zeker is: het kan gaan dooien, maar ’t kan evengoed gaan vriezen.

Waar Rosanne, en haar krant trouwens ook – en alle alarmisten die hier als crusher crew opereren – geheel aan voorbij gaan is dit: klimatologie heeft maar een heel klein vingertje in de pap in deze discussie. Klimatologie is de “expert” die ons vertelt wat er aan de hand is met het klimaat. Verder vertelt die “”expert”” – dubbele, versterkende aanhalingstekens! – wat de gevolgen zullen zijn, maar niet zozeer als expert, meer als een medicijnman, een veredelde waarzegger op z’n best.

Wat daar binnenin gebeurt is gebruik van het instrument modellen, van Bayes en kansrekening: mogen mathematici daar misschien over meepraten?

Wat daar omheen gebeurt is inderdaad andere fysica: windmolens, batterijen, kernenergie. Mogen die fysici daar misschien over meepraten?

Wat daar, ook niet zo ver vandaan, gebeurt is herinrichting van de samenleving. Mogen economen/sociologen daar misschien over meepraten.

Wat daar omheen moet gebeuren is het deskundig uitvoeren van grote projecten, en de risico’s inschatten die daaraan verbonden zijn. Mogen managers daar misschien over meepraten.

En kunnen de journalisten misschien eens een beetje kritischer worden en beseffen dat hier niet alleen het klimaat is waar ze geen kaas van gegeten hebben, maar dat ze ook niks afweten van modellen, fysica, economie, organisatie, management. En dat ze dus niet alleen hun informatie gaan halen bij klimatologen, maar ook in andere hoeken van de professionele samenleving.

Dat is waar het ten enenmale aan ontbreekt, het gevoel dat dat verplichte kost is, raadpleging van, en samenwerking met andere deskundigheden – voor mij vooral heel erg zichtbaar bij de alarmisten die zich op deze site en op de site van klimaatverandering.nl manifesteren. En het werd opnieuw pijnlijk duidelijk gemaakt door Rosanne – opnieuw want ik heb haar al een paar keer aangehaald hier – in haar column van zaterdag in de NRC.

Rosanne klaagt ook over de stilte op twitter van klimatologen. Wel dat valt mee. In een thread, waarin Rosanne het artikel van Berkhout en Thoenes vorige week, bij verschijning, al hekelde, wordt ze gevolgd door een climate-modeller, die in niet mis te verstane bewoordingen duidelijk maakt dat Elsevier met dit artikel over de schreef gaat, en aangesproken moet worden – hij laat nog in het midden wie dat dan moet doen. Daar is een volgende betrokkene duidelijker over: Elsevier, en zeker dat soort artikelen, moet verboden worden.

Noem dat maar stilte: een oproep tot censuur.

O ja, en deze kwam ook langs: dat de kans “gewoon” één derde is dat het kwik meer dan 3 graden stijgt (let op dat woordje “gewoon” – gewoon hé, zomaar)

Waar haalt Rosanne dat vandaan?

Wel, ik vermoed: het riekt naar het extremely likely uit de documenten van het IPCC. Als aan Judith Curry gevraagd wordt: waar haalt IPCC het extremely likely vandaan, antwoordt ze: dat weet ik niet, ik zat niet in de kamer waar ze dat besloten. Ik zou er wellicht verstandig aan doen Curry daarin te volgen.

Maar hier komt opnieuw: mogen wij misschien meedenken. Want ik zat wel niet in die kamer, maar ik heb wel in zulke kamers gezeten, ik ben er wel bij geweest waar beslissingen moesten worden genomen in onzekere situaties.

Zoals je bij pokeren wel op tafel een tig-duizend dollars ziet liggen, en je bent nog met z’n tweeën over. En je schat de kans dat die ander wel of geen betere kaart heeft dan jij.

En je durft te beslissen.

Sterker, je durft niet niet te beslissen.

En, vooraf of achteraf, komt altijd de rationalisatie, of je nu gewonnen hebt of verloren hebt: ik wist wel wat ik deed.

En heel vaak weten we het niet, maar hebben we een gevoel.

Nu liggen er miljarden op tafel. Daar zitten een paar duizendjes van mij bij. Daar zitten misschien wel tg-duizenden van mij bij. Mag ik dus misschien even meepraten.

Daar zitten ze in die kamer. Daar liggen de uitkomsten van de modellen, van diverse universiteiten en onderzoeksprojecten. De parameters die ze in die modellen hebben gestopt hebben iets te maken met – laat ik het vriendelijk zeggen – overtuiging. Het punt is: als je alle mogelijke parameters in die modellen zou stoppen, zou je een gelijkelijk aantal positieve en negatieve uitkomsten krijgen. Maar dat doen ze natuurlijk niet, Hun overtuiging wordt er in gestopt. Maar in die koppen, waar die overtuiging vandaan komt, daar zit ook de zondeval – nog steeds, rechtsom of linksom.

Dus die kansberekening zegt helemaal niks.

Zoals de kansberekening in de kamers waar ik zat, weinig tot niks zei. Maar je moest beslissen, en je besloot.

Op het klimaat is helemaal geen ervaring, laat staan een zak vol ervaringen waaruit je, blind of gestuurd, kunt trekken. Er is helemaal geen kansrekening. Er liggen een paar uitkomsten van modellen. En even later gaat de deur open, en komt de fanfare naar buiten, en blaast: extremely likely.

Die kansberekening is niet gestoeld op enig inzicht:
– de AGW-hypothese is geen hypothese, dat is een naam voor een verzameling van hypotheses;
– er is de hypothese dat CO2, een broeikasgas, in de open ruimte ook als broeikasgas werkt;
– er is de hypothese dat het overgrote deel van de opwarming aan de toename van CO2 is te wijten;
– er is de verwachting – let wel: geen hypothese! – dat de verwarming, die zichtbaar gemaakt is in de beruchte hockeystick, blijvend en voortgaand zal zijn;
– en verder zijn er de suggesties dat er inzicht bestaat wat deze fenomenen voor de langere termijn aan gevolgen zullen hebben, onder de zeer suggestieve aanduiding: klimaatverandering – waar we geen malle moer van afweten. Waar we geen historie op hebben, en waar we geen werkelijk zicht op nabije toekomst van hebben.

Ik denk dat die climate-modeller ook graag dit artikel onder censuur had geplaatst. Want mensen als Leonardo moet je niet mee laten praten, die hebben er geen verstand van. Die gebruikt valse argumenten, Iets wat Rosanne enkele jaren geleden ook al probeerde te verkopen.

Rosanne bracht uiteindelijk haar kinderen mee, en zoals ik zei: ze vergat haar aanstaande kleinkinderen. En dat zal haar wel heel goed uitkomen, ook een vorm van cognitieve dissonantie hoor: want anders had ze moeten bedenken, dat er aan Berkhout en Thoenes ook kinderen met kinderen vastzitten. En dan had ze dus moeten bedenken – en opschrijven! – dat Berkhout en Thoenes zo hardvochtig zijn, dat ze hun kleinkinderen willen opofferen aan hun eigenwijze inzichten. Dan had Rosanne moeten besluiten dat zij, als moeder, wel de sensibility kan opbrengen … een anders dan die van het klimaat, en toch een beetje hetzelfde … die sensibility die maakt dat je kinderen zich veilig bij je voelen, maar dat opa Berkhout en opa Thoenes geen gevoel in hun donder hebben, zodat hun kleinkinderen zich heel onveilig bij opa moeten voelen.

Leonardo da gioiella.

Rosanne eindigt met: Straks als het echt mis gaat, kunnen we hooguit verhaal halen bij een paar grafzerken, en het is duidelijk bij welke grafzerken ze in gedachten staat. En daarom is het goed als ome Dolf nog een keer tevoorschijn komt, en andermaal duidelijk maakt dat Rosanne “zanik[t ..] over dingen waar je te weinig van snapt.

***