Door Wim Röst.

Woensdag 4 september was klimaatoptimist Arnout Jaspers de sprekersgast in Driebergen. Jaspers sprak daar over de boodschap van zijn boek: De klimaatoptimist. Hij zet daarin overtuigend uiteen dat we niet in paniek hoeven te raken over een klimaatcrisis, want die is er helemaal niet. Na afloop van zijn verhaal ging Jaspers in gesprek met het publiek, dat vanuit heel Nederland naar Driebergen was gekomen.

Nuchter redenerend weet hij ‘de klimaatpaniek’ achter zich te laten en wanneer je dat doet blijkt dat er ook ander en weldoordacht beleid op het gebied van energietransitie mogelijk is.


In zijn nieuwe boek De Klimaatoptimist komt Arnout Jaspers met een opvallend nuchtere analyse: zelfs als alles dat er gezegd wordt over het klimaat waar zou zijn, dan nog is de huidige voorgestelde energietransitie volledig af te keuren: onnodig, onjuist en bedreigend voor onze economie en welvaart. Niet rationeel verdedigbaar.

Jaspers heeft een nuchter verhaal over een voorgestelde energietransitie waar we ons nagenoeg blind in dreigen te storten ongeacht de consequenties. Arnout Jaspers toont aan dat een inderhaast uitgevoerde transitie met ‘wind’ en ‘zon’ als uitgangspunt en als hoofdmoot, geen haalbare kaart is. Niet als degelijke ‘energie-oplossing’, niet economisch realistisch, niet strategisch juist en ook niet ‘toekomstbestendig’. Het is een verhaal dat iedereen persoonlijk zou moeten beluisteren en zijn boek zou iedereen moeten lezen.

Naast afkeuring van de zonder openbare discussie al gestarte ‘wind-en-zon’-oplossing geeft Jaspers ook een alternatief; een alternatief dat niet alleen de scherpe kantjes van de noodzakelijk geachte transitie afhaalt, maar dat ook uitzicht biedt op een betaalbare, milieuvriendelijke, beheersbare en strategisch juiste toekomst. Het roer kan nog om. Alleen al om deze reden is zijn lezing een must voor iedereen die zich met de energietransitie en de consequenties ervan bezig houdt.

Al in het Voorwoord van zijn uitstekende boek geeft hij aan dat ‘Die transitie naar Netto nul in 2050’ ‘astronomisch duur en inefficiënt’ is en ‘wordt verkocht als het enige dat ons kan redden van de totale klimaatontwrichting’. Hij toont aan dat ‘Netto nul in 2050’ een ‘politieke slogan is zonder wetenschappelijke basis’. Arnout Jaspers is natuurkundige en wetenschapsjournalist.

De belangen van economie, van geopolitieke veiligheid, van energiezekerheid en van de totale kosten voor burger en milieu, worden gewogen en vergaande conclusies worden getrokken. Conclusies die ieder rationeel denkend mens en eenieder die ‘Het Algemeen Belang’ vooropstelt, ter harte zou moeten nemen.

Nuchter redenerend weet hij ‘de klimaatpaniek’ achter zich te laten en wanneer je dat doet blijkt dat er ook ander en weldoordacht beleid op het gebied van energietransitie mogelijk is. Beleid waarbij onze landschappen en de Noordzee grotendeels gespaard blijven van verdere en onnodige vernietiging, iets dat op termijn niets anders dan massale weerstand onder de bevolking kan oproepen. Dat laatste zal des te meer het geval zijn zodra er ook maar de minste scheurtjes in de onderbouwing van het klimaatverhaal duidelijk gaan worden. En het ontstaan van die ‘scheurtjes in het verhaal’ is zeker niet ondenkbaar en misschien wel onontkoombaar zodra de openbare discussie rond het klimaat eindelijk eens gevoerd gaat worden. Alle reden dus om even ‘pas op de plaats’ te maken en om ons te realiseren waar we nou precies mee bezig zijn en wat de consequenties daarvan zijn. Arnout Jaspers legt duidelijk uit waaróm we dat zouden moeten doen.

Om een economie over te houden die zélf ‘sustainable’ is, adviseert hij eerst en vooral gebruik te maken van bewezen technologie. De voorstellen om waterstof als energieopslag te gebruiken voor windstille en zon-arme dagen veegt hij van tafel met het argument dat waterstof dan als batterij gebruikt wordt, een batterij die driekwart van de erin gestopte energie verloren blijkt te hebben op het moment dat je de energie ervan gaat gebruiken. Waardoor dit zo is, legt hij duidelijk uit. En wie wil zo’n batterij? Los daarvan ziet hij toch nog wel een rol voor waterstof weggelegd, aannemende dat een stringent CO2-beleid noodzakelijk zou zijn.

Uitgebreid gaat hij in op het gebruik van kernenergie en de rol van moderne EPR-centrales. Deze centrales voldoen aan uiterst strenge en aangescherpte veiligheidseisen en missen de nadelen van strategisch uiterst kwetsbare oplossingen, zoals windenergie. Hij gaat daar in zijn boek niet direct op in, maar voor wie de huidige ontwikkelingen op het gebied van drones volgt, mag het duidelijk zijn dat een Noordzee vol met honderden windmolens voor een zwermpje drones met explosieven een eenvoudige prooi moet zijn. Hoe verdedig je een dergelijk energiesysteem? Deze vraag stelt hij niet, maar hij geeft wel in algemene zin aan dat geopolitieke veiligheid in de totale discussie een rol zou moeten spelen. En zo is het natuurlijk ook.

Zijn boek is een uitnodiging om een openbare discussie over alle aspecten van de energietransitie te gaan voeren. Zijn lezing is een eerste stap om eens nuchter alle ins– en outs op een rij te zetten. Zijn moderne oplossingen op het gebied van energie niet heel veel beter dan het centraal stellen van in het verleden al vroegtijdig afgezworen oplossingen als ‘wind’?

Het huidige beleid steunt op vele onbewezen aannames en op een enorme subsidiepot die ooit terugbetaald moet worden door toekomstige generaties. Dat is alleen mogelijk als onze economie robuust blijft. En die economie steunde voor zijn robuustheid vanouds op betaalbare en betrouwbare energie. We dreigen die basis van onze welvaart nou juist te gaan vervangen door een onbetrouwbare en onbetaalbare ‘oplossing’.

***

Zie ook hier.

***