DEN HELDER Als directeur van Rabobank Kop van Noord-Holland ziet Harry Nieuwenhuizen (64) ook in de Noordkop de kloof tussen arm en rijk groeien.
Casper Duin 7-2-2024
„Dat zouden we als maatschappij niet moeten willen.”
Meer spaargeld in de boeken dan leningen. Dat heeft Nieuwenhuizen in zijn 36-jarige dienstverband bij de bank nog niet eerder meegemaakt.
„Er is veel spaargeld. De groep bij wie dat zit, is klein en lijkt kleiner te worden. De rijken? Ik spreek liever over kansrijk. De groep die te weinig buffers, geen buffers of schulden heeft, die is groot en groeiend. De kloof tussen kansarm en kansrijk is groter geworden. In een volwassen samenleving zou dat niet zo moeten zijn. Daarin heeft iedereen een rol. Wij ook. Vaak is het echt niet alleen een kwestie van gebrek aan inkomen. Dan zou het probleem opgelost zijn bij meer inkomen. Dat is lang niet altijd zo. Het is een complex probleem met allerlei oorzaken.”
Volgens de bankdirecteur is de armoede in de Noordkop relatief het grootst in Den Helder. „Daarom zijn we onderdeel van Financieel Fit, een samenwerkingsverband met twaalf andere organisaties en de gemeente. De gemeente is daarin zo succesvol dat Den Helder als voorbeeld is genoemd in het land. Voorbeeld van hoe effectief ze dat hebben aangepakt. Dat heeft voor een belangrijk deel ook te maken met intensieve samenwerking waarbij vroegtijdige signalering plaatsvindt. Uit onderzoek blijkt dat iemand die in de problemen komt er vaak pas na vijf jaar over gaat praten. Uit schaamte, maar in de tussentijd is het probleem groter geworden.”
Telefoon
Zelf geeft Nieuwenhuizen zo nu en dan ’financiële les’ op scholen. „Om jeugd bij te brengen hoe je met geld omgaat. Dat is bijzonder om te zien. Veel mbo’ers die net van school komen, hebben geen idee wat er op hen afkomt als ze achttien jaar zijn. Zorgtoeslagen, premies. En wel een nieuwe telefoon van zeshonderd euro willen.”
De inwoner van Andijk typeert de economie in de Noordkop als stabiel, maar heeft wel zorgen. „Over de gehele linie gaat het, denk ik, wel goed met de economie in Noord-Holland Noord. Waar deze regio zich onderscheidt van sommige andere is dat over het algemeen de pieken in de economie minder hoog zijn en de dalen minder diep. Uit een rapport dat we vorig jaar hebben laten maken, blijkt dat de economische groei er wel is. Lager dan gemiddeld weliswaar. Er zijn wat zorgen. De melkprijs heeft wat onder druk gestaan. De detailhandel heeft het lastig, mede door online. Het toerisme heeft goede jaren achter de rug.”
Wel is Nieuwenhuizen bezorgd over wat hij het arbeidsmarktprobleem noemt. „Zeker als je bijvoorbeeld naar Texel kijkt. Hoe noordelijker je komt, des te groter het personeelstekort. Omdat de vergrijzing daar het sterkst is. Dat remt de groei. Als je daar een goed restaurant hebt en je kunt tussen de middag niet open voor een lunch omdat je geen mensen hebt, dan is dat toch wel jammer. De woningmarkt vervult de sleutelrol. Ik denk dat we meer woningen zouden moeten bouwen. Op die manier kunnen we misschien meer mensen aantrekken omdat het elders te duur wordt. Ik heb geen toverstaf, maar het gaat wel helpen.”
Vliegwiel
De bankdirecteur ziet onder meer de Energy Health Campus (EHC) in Petten als vliegwiel voor de Noordkop-economie. „Onvoorstelbaar wat daar achter het hek allemaal plaatsvindt. EHC wil een campusrol gaan vervullen, als broeinest voor start-ups waar vanuit kennis weer nieuwe bedrijvigheid ontstaat. Daar kunnen we met ons netwerk echt iets voor betekenen door samen op te trekken.
Letterlijk en figuurlijk door daar het hek te openen voor ondernemers uit de regio om ze überhaupt eens kennis te laten maken met wat daar gebeurt. Dat is toch een goed bewaard geheim. Er werkt nu gewoon al zestienhonderd man, waarvan een groot gedeelte boven de lijn Alkmaar woont. Dus is het economisch ook qua wonen van belang. Als je ziet wat daar de komende jaren gaat gebeuren en hoeveel extra tijdelijke mensen dat met zich meebrengt, waar laten we die allemaal? De gemeente Schagen zou daar een kans in moeten zien.”
Als voorman van de opvolger van de boerenleenbank van weleer vertelt Nieuwenhuizen over een recent bezoek aan onderzoeksinstituut TNO in Petten. „Fascinerend. Daar is men bezig met een auto vol meetapparatuur die langs een boerderij rijdt en dan meteen live alle waarden meet van bijvoorbeeld stikstof, CO2, methaan en lachgas. Rijden ze langs een boerderij of een weiland met koeien, dan zie je die waarden oplopen. Zo kun je realtime en live meten wat de uitstoot is van een melkveehouder. Ik zei al voor de grap tegen de man: kunnen we jullie niet een dagje lenen om langs wat van onze klanten te rijden?”
Stikstof
Ook anno 2024 heeft de bank nog steeds veel agrariërs als klant. En dus gaat het op het kantoor aan de Verkeerstorenweg in Den Helder regelmatig over stikstofdepositie, verduurzaming en het landbouwakkoord. „Een gemiddelde veehouder kan vijf dingen doen om uiteindelijk toekomstbestendig te worden: innoveren, extensiveren, omschakelen naar iets anders, het bedrijf verplaatsen als-ie op de verkeerde plek zit óf stoppen. Dat zijn de hoofdroutes. Probleem is alleen dat het speelveld duidelijk moet zijn, dat er een vorm van een landbouwakkoord moet komen. Een boer kan wel duurzaam zijn, maar wordt hij ook zo gezien? Dat is namelijk niet hetzelfde. Als het formeel niet wordt geregistreerd dat je het bent, kun je bij wijze van spreken nog steeds het veld ruimen.”
Een ding is wat Nieuwenhuizen betreft duidelijk: niks blijft hetzelfde. „De landbouw gaat er de komende tientallen jaren echt heel anders uitzien. Een transitie waarbij je van A naar ? gaat. Je weet niet waar we uitkomen. Als je niet in beweging komt, dan weet je zeker dat je achteraan loopt en je misschien te laat gaat zijn. Dat zeggen we tegen onze boeren en tuinders. Kom in beweging, je weet nu welke richting het ongeveer uitgaat. Je kunt dus echt wel stappen zetten. Gaandeweg gaan we meer contouren zien van hoe het eruit gaat zien.”
Het toerisme op Texel, de agrarische sector met veel klanten in Hollands Kroon en EHC in Petten komen aan bod tijdens het gesprek. En Den Helder dan, zo luidt de vraag aan Nieuwenhuizen. Hij wikt en weegt. „Ik heb geen glazen bol, ook niet met goudvissen erin. Ik denk wel eens bij toekomstige ontwikkelingen dat Den Helder te veel van ’eerst zien dan geloven’ is. Als je toekomstige ontwikkelingen wilt verzilveren, dan moet je soms ook eerst geloven en dan zien. Als je het allemaal eerst wilt zien, dan was het er al. En ik gun Den Helder soms wel iets meer geloof in zichzelf. Om de kansen die er misschien echt wel zijn te pakken. In hoeverre die kansen er op het gebied van wind op zee en waterstof echt zijn, dat weet ik ook niet. Begin nou eens met je optimisme. Dan bereik je meer.”
Lees ook: Rabobank-kantoor blijft in Den Helder, ook als er arbeidsmigranten worden gehuisvest aan de Verkeerstorenweg
Ondernemerskoepels
Rabobank Kop van Noord-Holland trekt geld uit voor het verbeteren van de samenwerking tussen de ondernemerskoepels in de vier Noordkop-gemeenten. „Daar moet echt een been worden bijgetrokken in vergelijking met de koepels in West Friesland en Alkmaar. Daar kunnen we op het gebied van eensgezindheid wat van leren. Zorg dat je meer als regio gaat denken en samenwerking zoekt. Met de vraag: hoe definieer je welke onderwerpen je op welk schaakbord aankaart? Dat vergt afstemming. Alle kringen in het land krijgen daarvoor geld. De Noordkop een beetje meer.”
0 reacties :
Een reactie posten