Em. hoogleraar Guus Berkhout schreef een drieluik over de toekomst van Nederland.
19-10-2023
Guus Berkhout over de toekomst van Nederland: ‘Met name de kleinere bedrijven worden helemaal gek van de megalomane maakbaarheidsplannen die de overheid uitrolt.’
Door Jan van Friesland.
Em. hoogleraar Guus Berkhout schreef een drieluik over de toekomst van Nederland. Het zijn drie samenhangende essays over de sociale, culturele en politieke toekomst van Nederland. Berkhout kiest voor concrete en soms radicale oplossingen als het gaat om inkomenspolitiek, bureaucratie, het functioneren van politiek en bestuur en over klimaat-en energiebeleid. Jan van Friesland stelde hem tien vragen.
1. U schrijft dat de Haagse politiek sterk verkokerd en gebureaucratiseerd is; u spreekt zelfs van een chaos. Is het echt zo erg en kan een door u voorgesteld zakenkabinet dat voorkomen?
Laat ik beginnen te constateren dat we al decennialang opgescheept zitten met een uitdijende overheid, die zich óveral mee bemoeit vanuit de overtuiging dat álles maakbaar is. Die bemoeienis heeft geleid tot een bureaucratisch doolhof aan verkokerde protocollen en gedragsregels. De Staat wil álles tot in detail gaan bepalen. De weerstand tegen deze doorgeschoten bemoeizucht is in álle lagen van de bevolking zichtbaar. Mensen zien dat ze met deze politieke regelzucht niet vóóruit, maar juist áchteruit gaan. Ter illustratie hier enkele voorbeelden:
1) Langere wachtlijsten in de zorg, 2) toenemende woningnood, 3) energieprijzen die onbetaalbaar zijn, 4) files op onze wegen die langer worden, 5) werken dat steeds minder loont, 6) misdaad die maar blijft groeien, enz., enz.
Daar staat tegenover dat hardwerkende burgers een steeds groter deel van hun inkomen aan de overheid moeten afdragen, maar daar dus steeds minder voor terugkrijgen! Het is dan ook geen verrassing dat deze mensen de ondoorzichtige wirwar aan staatsbemoeienis snel willen terugdraaien! Ze snakken naar méér zeggenschap over de inrichting van hun éigen woon- en werkomgeving en méér invloed op de toekomst van hun land.
De zotte cultuur in de politiek is dat bewindslieden zich niet mogen bemoeien met elkaars portefeuille. Het gevolg van deze verkokering is dat elke portefeuille niet alleen nog meer ingewikkelde regels over de samenleving uitstort, maar ook dat al die regels elkaar ook nog eens dwarszitten! Bekende voorbeelden zijn het immigratiebeleid en het beleid om de woningnood op te lossen of de net-zero klimaatmaatregelen en het beleid om het ondernemersklimaat te verbeteren of het stikstofbeleid en verhoging van de voedselzekerheid, enz. Onze huidige regelgeving zit er vol van.
Tot aan vandaag zien we in de politiek alleen maar korte-termijn gezeur. Geen enkele partij komt met structurele oplossingen. Het zijn allemaal tijdelijke pleisters en noodverbanden. De falende structuren blijven in takt. Het totale plaatje ontbreekt.
Het verval in onze democratie kan slechts hersteld worden als we weer bestuurders krijgen die weten waar ze het over hebben – ik noem dat bestuurders met kennis van zaken – en die bereid zijn met elkaar samen te werken om de verkokering in de overheid uit te bannen. Immers in de moderne samenleving hangt alles aan elkaar. Ik noem zo’n herstelkabinet een ‘zakenkabinet’.
2. Uw boeken en analyses vinden weerklank bij het MKB. Waarom daar?
Met name de kleinere bedrijven worden helemaal gek van de megalomane maakbaarheidsplannen die de overheid uitrolt. Ondernemers zijn steeds meer tijd kwijt om volgens die regels te mogen werken (vergunningen aanvragen) en te moeten werken (protocollen afwerken) en om vervolgens al die handelingen nauwgezet te administreren (schriftelijk verantwoording afleggen). Het gevolg van al die bureaucratische rompslomp is minder productieve uren en aanzienlijk minder werkplezier. Natuurlijk zijn er weer allerlei adviesbureautjes om te adviseren hoe met al die superingewikkelde overheidsregels op de werkvloer om te gaan.
Hierbij een trieste illustratie van deze bestuurlijke gekte: Het bedrijfsleven kan op de website van het Ondernemersplein van de Kamer van Koophandel terecht voor ca. 180(!) verschillende subsidies en andere financiële ‘steunmaatregelen’ van de EU, de Rijksoverheid, de Provincie en de Gemeente. Het proces van aanvragen is zo complex dat het bedrijfsleven tegoedbonnen krijgt om adviesbureaus in te schakelen, die helpen niet te verdwalen in het bureaucratische doolhof. Geen grap, ik ben echt serieus.
In de toekomst moeten werkgevers en werknemers zich volop met de inhoud van hun werk kunnen bezighouden. Daarmee wordt niet alleen de arbeidsproductiviteit verhoogd (de bron van welvaart), maar daardoor keert ook het plezier op de werkvloer weer terug (de bron van welzijn).
‘In de toekomst zullen onze kleinkinderen zich verbaasd afvragen waarom zoveel wetenschappers zich kritiekloos achter die rammelende politieke modellen schaarden. De klimaatcrisis is in wezen een crisis in de wetenschap zelf.’
3. Het sentiment over de bestuurskracht is ook negatief bij grote bedrijven. Kunnen we de grote bedrijven wel voor ons land behouden?
Veel zal afhangen van de komende verkiezingen. Als partijen aan de macht komen die de hoge kosten van hun utopische groene plannen op het bord van het bedrijfsleven blijven schuiven, dan gaan internationale bedrijven verhuizen naar landen waar het ondernemersklimaat minder vijandig is. En geef ze eens ongelijk! Kijk naar de afgelopen jaren. Grote bedrijven als Shell, Unilever en DSM hebben ons land al verlaten. Andere bedrijven als AkzoNobel, Philips en Boskalis overwegen om hetzelfde te doen. Hoe oliedom kan de politiek zijn.
Het komende zakenkabinet is dus beslissend voor onze toekomst. De destructieve staatsbureaucratie moet verdwijnen en de maakindustrie moet weer alle aandacht gaan krijgen. Nederland heeft sterke posities in de chipindustrie, de voedingsindustrie, de industriële biotechnologie en het waterbeheer. Bovendien ligt er een prachtige kans voor ons land om een belangrijke rol te gaan spelen in dé energievoorziening van de toekomst met thoriumcentrales. We moeten dus als de wiedeweerga afstand nemen van het de-industrialisatiebeleid van de afgelopen kabinetten.
‘Ik wil Nederland niet losweken van de grote internationale instituties. Maar ze moeten ons niet vertellen hoe wij in ons land moeten leven!’
4. U spreekt van een ‘rondpompcircus’. Wat bedoelt u daarmee?
De centrale overheid harkt jaarlijks ruim €400 miljard aan premies en belastingen binnen (bijna de helft van het BBP). Daarvoor zijn allerlei soorten inningsorganisaties in het leven geroepen. In die organisaties werkt een groot aantal inningsambtenaren, maar er is ook een jungle aan adviesbureaus bij betrokken die vertellen hoe de burger het voor elkaar kan krijgen om zo weinig mogelijk premies en belastingen te betalen.
De centrale overheid deelt dat geïnde geld ook weer uit, in de eerste plaats aan de eigen projecten (ca. €200 miljard). De rest wordt toegewezen aan de zorginstanties (ruim €100 miljard) en aan de sociale zekerheidsinstanties (ruim €100 miljard). Bij dat laatste is een leger aan uitdeelambtenaren betrokken, maar ook weer een woud aan adviesbureautjes die vertellen hoe de burger het voor elkaar kan krijgen om zoveel mogelijk binnen te harken.
Door deze rondpompmachine van inkomensafhankelijke belastingen en inkomensafhankelijke uitkeringen zijn zaken zó complex gemaakt dat alle overzicht en inzicht is teloorgegaan. Doordat óók nog allerlei koppelingen zijn aangebracht – denk bijvoorbeeld aan de koppeling van minimumloon en uitkeringen – zijn de gevolgen van bestuurlijke maatregelen onvoorspelbaar geworden als aan een bepaalde beleidsknop wordt gedraaid.
Bestuurders geven nu zélf ook toe dat zij het overzicht volledig zijn kwijtgeraakt. En mensen die werken of gedeeltelijk van uitkeringen leven, begrijpen er ook geen bal meer van. Ze zijn doodsbenauwd om maar iets te veranderen, omdat de gevolgen voor hun inkomen desastreus kunnen uitpakken. Ondernemend te werk gaan is bloedlink en meer uren werken levert weinig op. De politiek heeft een bureaucratisch monster gebaard!
‘De keuze van vluchtelingen voor hun favoriete opvangland is geen mensenrecht!’
5. U wilt Nederland losweken van de grote internationale instituties zoals VN, EU en ECB? Is het daarvoor niet te laat?
Nederland tekent voortdurend supranationale verdragen. Daarmee draagt het steeds meer nationale bevoegdheden over aan supranationale organen. Maar supranationale verdragen zijn generiek en houden géén rekening met de specifieke mogelijkheden en onmogelijkheden van ons land. Daar hebben de bestuurders van deze organen géén idee van en het interesseert ze ook niet.
Het zou naïef zijn te verwachten dat personen als António Guterres (de baas van de Verenigde Naties), Klaus Schwab (de baas van het World Economic Forum), Christine Lagarde (de baas van de Europese Centrale Bank) en Frans Timmermans (de voormalige vicepresident van de Europese Unie) zich ook maar iets zullen aantrekken van wat zij de Nederlandse burger aandoen met hun drammerige directieven. Het is toch te gek voor woorden dat deze ongekozen bestuurders zich aanmatigen ons te vertellen hoe wij in Nederland moeten leven. Onze reactie zou luid en duidelijk moeten zijn: “Don’t interfere with our way of life!”
Ik wil Nederland niet losweken van de grote internationale instituties. Maar ze moeten ons niet vertellen hoe wij in ons land moeten leven! Het zakenkabinet zou ervoor moeten zorgen dat supranationale verdragen in het parlement worden besproken en door het parlement worden goedgekeurd. En verdragen met grote gevolgen voor ons land zouden het onderwerp moeten zijn van een bindend referendum. Het gaat dan niet alleen over tekenen, maar ook over wijzigen of opzeggen.
‘Stichting Clintel komt binnenkort met sterke aanwijzingen dat op onze unieke waterplaneet niet het CO2-molecuul, maar het H2O-molecuul het klimaat sinds jaar en dag bepaalt.’
6. Waarom is ons asielbeleid zo inhumaan?
Nederland blijft met hart en ziel bijdragen aan de oplossing van het mondiale vluchtelingenvraagstuk, maar de uitvoering moet dan wél vele, vele malen humaner. Mensen moeten nu een levensgevaarlijke reis van duizenden kilometers afleggen om aan onze grens te komen. Ze moeten duizenden euro’s afstaan aan mensensmokkelaars en staan bloot aan beroving en verkrachting. Het aantal asielzoekers dat uiteindelijk verhongert en verdrinkt is onbekend, maar moet beschamend hoog zijn. En dat allemaal houden wij in stand met onze zgn. ‘humane’ uitvoering van vluchtelingenverdragen.
Het moet en kan ook heel anders, omdat de keuze van vluchtelingen voor hun favoriete opvangland geen mensenrecht is. Ik herhaal: “De keuze van vluchtelingen voor hun favoriete opvangland is geen mensenrecht!” Het asielbeleid van het zakenkabinet zou dan ook de volgende vier componenten dienen te bevatten: A) de onmenselijke uitvoering van vluchtelingenverdragen – asielzoekers opvangen in het land van hun keuze – resoluut beëindigen, B) de nieuwe uitvoering van asielbeleid baseren op ‘opvang in de regio’, C) asielzoekers die zich tóch nog in ons land melden zonder uitzondering linea recta overbrengen naar de regionale opvang en D) illegaliteit weer wettelijk strafbaar maken.
7. Stokt de veelgeprezen energietransitie?
Het klimaat-gedreven energiebeleid is niet gebaseerd op wetenschappelijke, maar op politieke modellen. De politiek geeft honderden miljarden uit om over te gaan van aardgas naar hout, wind en zon. Ik zeg het maar recht voor z’n raap: dit beleid is technisch-wetenschappelijk volslagen onzinnig, economisch maakt het ons straatarm, het vraagt heel veel ruimte dat we in ons land niet hebben en het is verre van duurzaam. Er is in dit emotionele dossier één ding glashelder, aan welke kant je ook staat: We hebben met de hoogste urgentie een betrouwbaar en betaalbaar energiesysteem nodig. Dat vraagt niet om onuitvoerbare ideologieën, maar gewoon om kennis van zaken.
Voor ons land zijn windparken en zonneweiden géén optie. Ik herhaal: ‘Windparken en zonneweiden zijn geen optie!.’ Doordat in ons klimaat de afgeleverde groene stroom altijd sterk zal variëren – immers de windkracht en het aantal zonne-uren zijn niet maakbaar – moeten onze klassieke centrales voortdurend bijspringen. We hebben dus twee energiesystemen naast elkaar nodig! Bovendien, dat op- en afregelen van klassieke centrales verlaagt het rendement en de milieuprestaties van die centrales aanzienlijk. Hoe meer windturbines en zonneweiden, des te groter die problemen.
Het energiebeleid van het zakenkabinet zou de volgende vier componenten dienen te bevatten: A) als de bliksem stoppen met bossen kaalkappen, met windparken bouwen en met zonnepanelen koppelen aan ons stroomnet, B) onze schone aardgascentrales en ons indrukwekkend aardgasnetwerk voorlopig laten functioneren als de ruggengraat van onze energievoorziening; er is wereldwijd nog voor zeker 100 jaar aardgas, C) gasvelden onder onze eigen bodem maximaal exploiteren, waarbij mogelijke schade snel en genereus wordt vergoed, en D) als de wiedeweerga gaan investeren in een netwerk van grote én kleine kerncentrales, gefinancierd door de Nederlandse overheid. Fossiele energie gaan we pas uitfaseren als we voldoende kerncentrales hebben draaien. Een oudhollands spreekwoord zegt terecht: “Gooi oude schoenen niet weg voordat je nieuwe hebt”.
8. Hoe verklaart u het verschijnsel dat alarmistisch gefundeerd klimaatbeleid de Westerse samenlevingen miljarden kost, maar dat van meetbare baten in al die jaren geen sprake is geweest?
Hoe is het mogelijk dat bestuurders in Westerse landen al decennialang met zoveel zekerheid verkondigen te weten wat de oorzaak van klimaatverandering is, namelijk de mens. Maar helaas, deze wens is de vader van de klimaatmodellen die ze hebben laten construeren. Er bestaat geen énkel, en dan ook geen énkel, valide wetenschappelijk bewijs dat menselijke CO2 de grote boosdoener is. Het klimaatvraagstuk zit nog boordevol met onzekerheden. Niemand weet precies hoe het zit! In tegendeel, de Stichting Clintel komt binnenkort met sterke aanwijzingen dat op onze unieke waterplaneet niet het CO2-molecuul, maar het H2O-molecuul het klimaat sinds jaar en dag bepaalt.
Juist daarom is het immoreel dat wereldleiders de angstaanjagende boodschap verspreiden: ‘We are on a highway to climate hell.’ Met name de jeugd raakt er onzeker en depressief van. Bovendien zijn de economische gevolgen van het huidige net-zero klimaatbeleid disproportioneel. Meer dan honderden miljarden euro’s uitgeven, die op z’n best enkele honderdsten graden Celsius minder mondiale opwarming veroorzaken, is volstrekt onverantwoord.
Het klimaatbeleid van het zakenkabinet zou vooral rationeel moeten zijn en de volgende vier componenten dienen te bevatten: A) vanuit de politiek stoppen met angstverhalen over komende klimaatrampen, B) een kritisch open wetenschappelijk debat organiseren over het realiteitsgehalte van de gebruikte klimaatmodellen, C) de werkelijke kosten en baten van het huidige klimaatbeleid zichtbaar maken en D) als onderdeel van de nieuwe Nederlandse klimaatvisie, hoge prioriteit geven aan klimaatadaptatie maatregelen.
Immers, als klimaatverandering op onze waterplaneet vooral wordt veroorzaakt door het natuurlijke systeem, dan is het maar het beste om ons aan te passen aan die veranderingen. Voor ons land moeten we vooral denken aan investeringen in beter waterbeheer en in aangepaste landbouwgewassen.
‘Ik stel voor om alle soorten van uitkeringen, toeslagen, kortingen, bijtellingen, teruggaven, subsidies en compensaties volledig af te schaffen en daarvoor het Brede Basis Inkomen (BBI) in te voeren…’
9. Is de klimaatcrisis ook een crisis in de wetenschap zelf?
De geschiedenis leert ons dat grote vooruitgang in welvaart en welzijn altijd is voortgekomen uit nieuwe natuurwetenschappelijke inzichten en vernuftige technologische oplossingen, het domein van de natuurwetenschappers en de ingenieurs (bèta’s). Maar in de afgelopen kabinetten waren alfa-bestuurders dominant aanwezig. Deze alfa’s hadden geen enkele, en dan ook geen enkele, affiniteit met natuurwetenschappen en technologische innovatie. We zitten nu met de brokken.
De geschiedenis leert ons ook dat hoe complexer het systeem, des te primitiever de wetenschappelijke modellen en hoe belangrijker metingen zijn om die modellen te verbeteren. Aan die ervaringskennis hebben we onze huidige welvaart te danken.
Primitieve modellen zijn dan ook absoluut ongeschikt om gebruikt te worden in het maken van beleid. Gebeurt dat wél, dan rammelt dat beleid aan alle kanten! We zien dat nu gebeuren in vele sectoren waar de overheid zich omstandig mee bemoeit. Daar hebben we de grote problemen van nu aan te danken!
Nóg gevaarlijker wordt het, als wetenschappelijke modellen eigenlijk ordinaire wensmodellen blijken te zijn. Ze worden door de Staat ontwikkeld om aan politiek-gewenst overheidsbeleid een wetenschappelijk sausje te geven. De aannames in die wensmodellen worden zodanig gemaakt dat de modeluitkomsten overeenkomen met wat de politiek graag wil zien. Steeds weer ervaren we dat resultaten uit wensmodellen nogal anders zijn dan de werkelijkheid. Die uitkomsten mag je dus zéker niet als feiten verkopen. Maar dat gebeurt juist wél. Recentelijk werden we nog geconfronteerd met de onzinnige resultaten van het stikstofmodel Aerius.
Als we niet alleen kijken naar het ideologische klimaatbeleid, maar ook naar de geëtaleerde onkunde in het energietransitie-beleid, het megalomane natuurbeheer en het superingewikkelde armoedebeleid, ze worden allemaal gestuurd door politieke wensmodellen die weinig te maken hebben met de werkelijkheid. Wetenschappers die wél kritiek hebben worden gecanceld.
In de toekomst zullen onze kleinkinderen zich verbaasd afvragen waarom zoveel wetenschappers zich kritiekloos achter die rammelende politieke modellen schaarden. De klimaatcrisis is in wezen een crisis in de wetenschap zelf.
10. U komt in uw Drieluik ‘De Toekomst van Nederland’ naar eigen zeggen met de grootste hervorming van onze rechtsstaat sinds Thorbecke. Kunt u dat toelichten?
In het kort, ik stel voor om alle soorten van uitkeringen, toeslagen, kortingen, bijtellingen, teruggaven, subsidies en compensaties volledig af te schaffen en daarvoor het Brede Basis Inkomen (BBI) in te voeren – bestaande uit een pro deo startinkomen, aangevuld met een gratis zorgpas – voor elke Nederlandse staatsburger vanaf 18 jaar met een vaste woonplaats in Nederland. Geen enkele aanvullende voorzieningen meer. Dus geen geklaag en gebedel meer bij de overheid. Iedereen weet met het BBI exact waar hij/zij op kan rekenen.
Naast het BBI wordt ook de belasting op arbeid drastisch vereenvoudigd met als doel dat werken weer gaat lonen. Het nieuwe belastingsysteem is zo simpel dat de overheid ’s lands belasting op inkomsten uit arbeid kan uitrekenen op een PC.
Met concrete voorbeelden wordt in het Drieluik getoond dat het BBI mogelijk maakt wat in het uitkeringsstelsel onmogelijk is: ‘Tegelijkertijd brutolonen aanzienlijk verlagen en netto-inkomens aanzienlijk verhogen’. Dan kan omdat het BBI niet de lasten verhoogt, maar de bureaucratiekosten verlaagt. Het gevolg is dat iedereen in onze samenleving profiteert en de verdwijnende bureaucratie de rekening betaalt.
Ik hoor vaak de reactie: “Ben je nou helemaal gek geworden, we gaan toch geen gratis geld uitdelen!” Wel, mijn uitleg is dat we dát nu juist op grote schaal aan het doen zijn, en dan ook nog op een ondoorzichtige en onbetaalbare manier. Immers, iedereen die in ons land niet wil of kan werken krijgt een royale bijstandsuitkering en een reeks toeslagen. Het totale inkomen van deze personen ligt al snel in de buurt van de netto €1800,- per maand. Werken wordt meedogenloos bestraft.
In vergelijking met het bestaande uitkeringsstelsel is het BBI vele malen menselijker, omdat iedereen weet waar hij/zij met het startinkomen en de zorgpas aan toe is. Werken of woonruimte delen zorgt niet voor enige kortingen in het BBI. Zekerheid is troef! Bovendien, met het BBI wordt niemand in de financiële shit geduwd door vermeende fraude. Het BBI is 100% fraude bestendig!
Nog mooier, het BBI zorgt niet alleen voor bestaanszekerheid (de sociale component), het zorgt ook voor een aanzienlijke verhoging van de arbeidsproductiviteit (de economische component), omdat de zinloze bureaucratie op de werkvloer verdwijnt. Vooral kleine ondernemers profiteren hiervan! En, niet in het minst, het BBI is véél rechtvaardiger, omdat werken altijd gaat lonen! En nogmaals, de verdwijnende bureaucratie gaat de rekening betalen.
Tot slot, het BBI wordt niet in isolatie ingevoerd, maar is een integraal onderdeel van een samenhangende herstelagenda van het zakenkabinet. Het BBI brengt niet alleen een sterke sociale, maar ook een sterke economische vooruitgang teweeg. Kortom, met het BBI investeren we in een nieuwe periode van welzijn en welvaart voor iedereen: ‘De Nieuwe Gouden Eeuw’.
***
0 reacties :
Een reactie posten