Door Wouter van Dieren.

Op 15 september is er weer een manifestatie van Extinction Rebellion bij de A12 in Den Haag. De boodschap gaat daar over het stopzetten van de subsidies aan de fossil fuel industry (FFI) en over klimaatrechtvaardigheid.

Mij werd gevraagd om de demonstratie met een toespraak af te sluiten, in mijn hoedanigheid als grondlegger van de milieubeweging en als Club of Rome-icoon. Ik ga dat niet doen. En hier zijn de redenen.

Ooit ontwierpen wij met vroege milieu-collega’s (1970 – 1980) het eerste logo voor milieubewust inkopen, der Grüne Punkt in Duitsland.

In Engeland verscheen in die jaren The Green Consumer Guide, met een honderdtal eenvoudige adviezen, zoals groene zeep in plaats van synthetische wasmiddelen, biologisch brood en scharrelvlees.

Al gauw stuitten we op de vraag voor de z.g. systeemgrenzen. Waar begint en eindigt het groene gedrag?

Pas veel later kwamen de fossiele brandstoffen in beeld, met de FFI als de grote schuldige. Stap over van olie, gas en steenkool naar elektriciteit en waterstof, en de wereld wordt gered van de ondergang.

Dat idee is een luchtspiegeling. De hele wereldeconomie is een verbrandingsmotor. Die begon met James Watt rond 1763, met steenkool en bruinkool, en daarna met olie en gas, en recent uranium.

Deze machine heeft ons de moderniteit gegeven, waardoor de welvaart is geëxplodeerd. Honger werd grotendeels uitgebannen, ook armoede, ziekte, onwetendheid en dakloosheid.

De zondebok voor de klimaatcrisis vind je dus achter onze eigen voordeur, iedereen heeft voordelen van deze welvaartsgroei ontvangen, ondanks de schaduwzijde ervan. Tot voor kort wisten wij niet dat de moderniteit zou struikelen over de temperatuurstijging. Zelfs in ons Club van Rome-rapport van 1972 wordt er niet over geschreven.

Om deze fossiele wereldmachine te stoppen heb je kamikaze politici nodig, en die kijken wel uit. Zo’n 90% van de wereldbevolking is pas halverwege de moderniteit, en die verwachten geen rem maar een gaspedaal. Hun toekomst gaat over behuizing, voeding en mobiliteit en de FFI is de leverancier.

In zijn recente TED-toespraak roept Al Gore op om de FFI per omgaande te verbieden met de belofte dat Global Warming dan op korte termijn zal stoppen.

Dat is een grove misleiding. De hoeveelheid CO2 die al in de lucht hangt wordt er niet mee geraakt, en de methoden om deze z.g. Heritage Gases wel te verminderen staan nog in de steigers of benodigen vele decennia om effectief te zijn. En Al Gore geeft geen handleiding om langs legale weg de fossiele machine te verbieden, waarschijnlijk omdat die niet bestaat.

Toen de Grüne Punkt mislukte zijn we gaan zoeken naar de systeemgrenzen, om te concluderen dat die er niet zijn, omdat de complete economie met die machine wordt aangedreven. Er staat niet één product in de schappen zonder een grote of kleinere CO2 voetafdruk. De containerschepen van en naar China, vol met (elektrische) auto’s, de wereldwijde graanhandel, en andere bulkvoeding, de luchtvaart, het verkeer, de behuizing, waar niet.

Is de snelweg een subsidie op het fossiele (vracht) verkeer? Zijn de duizenden fiscaliteiten die het voedsel goedkoper moeten maken foute subsidies of gewoon goed bestuur om de honger uit te bannen? Waarom is de politiek bijgesprongen toen de huisverwarming de laatste jaren onbetaalbaar werd?

De verwachting dat deze wereldmachine op korte termijn ook op waterstof, wind en zon kan draaien is eveneens een illusie. Daartoe zijn enkele honderden speciale grondstoffen nodig, die er geologisch wellicht wel zijn, maar niet economisch en politiek.

De voorraden bestaan steeds meer uit arme ertsen, die per eenheid een veelvoud aan energie – en dus geld – kosten om te winnen en te raffineren.

De bodem is in zicht, behalve als roekeloze avonturiers nu ook de laatste voorraden uit de diepzee gaan halen met desastreuze effecten op de atmosferische, stabiliserende functies van de oceaan. Er bestaat geen groene groei, alles heeft een prijs. Sinds kort weten we dat de windparken op zee de radar van de walvis destabiliseren. Deze dieren zijn de top van de zilte voedselketen, en als zij uitsterven gaat daarmee die hele keten ten onder, en daarmee  de stabiliserende klimaatfunctie van de oceaan.

In Zuid Oost Azië is sinds kort een regionale Bob Dylan opgestaan die zingt over klimaat rechtvaardigheid, waarmee hij nu alle hitlijsten aanvoert. Zijn noodkreet gaat over de Mekong Delta die zal verdwijnen door de zeespiegelstijging en over de welvaartsachterstand in de regio.

De Extinction Rebellen vrezen de toekomst, en ze hebben verdriet. Gevraagd naar hun antwoorden kreeg ik een lijstje met eisen. De luchtvaart moet worden verboden, of elektrisch gaan vliegen. Onnodige reizen worden verboden. De intensieve landbouw wordt verboden. De staalindustrie moet stoppen (voortaan alleen oud ijzer recyclen), en de chemie moet verdwijnen.

Dit zijn geen oplossingen, maar uitnodigingen tot conflict.

Men rechtvaardigt dit conflict door te wijzen op een opkomst van 30.000 rebellen, en de opiniepeilingen die wijzen op een grote meerderheid die het klimaat wil redden. Dat lijkt heel wat, maar die peilingen zeggen niet veel, want ieder mens is daar vóór, zoals men ook voor vrede is, of tegen honger.

Het grote publiek wil geen blokkades op de snelweg, en ook geen deelauto’s of elektrische auto’s. De z.g. Externe Effecten zijn een schandvlek in de economische theorie en door wat True Price heet, kun je die kosten verdisconteren in alle bekende economische handelingen. Daarvoor wordt al een halve eeuw gepleit, en er zit geen schot in, omdat de consequenties een aardverschuiving betekenen voor de uitgaven van de consument en de burger, en ook dat kan de politicus zich niet permitteren. Zelfs de evidente systeemfout waarmee de politiek de luchtvaart niet belast met True Price, en dus subsidieert, wordt al decennia niet gecorrigeerd, om dezelfde redenen.

Wanhoop bedient zich van tegenstrijdigheden, dat is niets nieuws. Ontoereikende analyses zijn dat evenmin. Maar de weerslag van deze ongerijmdheden zal zich vertalen in politieke tegenkrachten die het klimaat niet ten goede zullen komen.

Is er dan geen realistische uitweg?

De wereld staat in de fik, dus bellen we de brandweer. Er bestaan inmiddels enkele tientallen methoden om de hitte af te wenden, door witte wolken te maken en de oceaan te restaureren. En vooral de uitweg van meer kennis. Die is dun gezaaid en ontoereikend, binnen de universiteiten, de industrie en de NGO’s. Wij noemen het effect ervan Reality Blindness. Historische kennis moet voorop staan, want daar kom je de geschiedenis tegen van de macht, de rebellie, de vrijheid, de dictatuur en de intolerantie. En de lessen daaruit zijn niet mals.

Dr. J. Wouter van Dieren
Director INIS VITRIN, Crystal Island
Member, Club of Rome
Member, World Academy of Art and Science

***

Bron hier.

***