Mijn laatste peiling eind maart was natuurlijk spectaculair,...
27-5-2023
“We worden grootschalig in de maling genomen”
Groot interview
Deze week is de VN Detective & Thrillergids uitgekomen. Daarin staat een zeer uitgebreid interview met mij door Els Quaegebeur. Ik vind het een zeer goede weergave van mijn manier van werken en hoe ik op dit moment in het leven sta. Met toestemming van VN plaats ik dit interview ook op onze site.
Pioneerde zelf
Door zijn opstelling in de coronacrisis en in de Deventer Moord zaak worden zijn peilingen genegeerd, ook als hij gelijk krijgt. Hoe kijkt opiniepeiler Maurice de Hond naar zijn pariastatus?
‘Ik pionierde altijd liever zelf dan dat ik het gebaande pad nam.’
Maurice de Hond woont hoog in een modern appartementencomplex aan de Amstel, met zijn Cubaanse vrouw Mari Petell Rodriguez die hij ruim twintig jaar geleden leerde kennen in Santiago de Cuba en hun dertienjarige dochter Daphne. Als hij achter zijn computer zit, kan hij van west naar oost over Amsterdam uitkijken – de stad waar hij in 1947 werd geboren, als enig kind van twee Joodse ouders die allebei Auschwitz overleefden; de stad waar hij altijd is gebleven.
‘Oké,’ zegt hij. Ter zake, zal dat betekenen. Het is een paar dagen na de overwinning van BBB, oftewel Caroline van der Plas, bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten en de Eerste Kamer. Eind juni 2022 peilde De Hond al dat BBB maar drie zetels achterstond op de VVD. In een begeleidend artikel getiteld ‘De voorschokken van een aardbeving’ schreef hij: ‘Het is maar een paar keer gebeurd dat bij de peilingen naar politieke voorkeur, die ik de afgelopen 45 jaar uitvoerde, de verschuiving niet alleen een forse was, maar ook een vooraankondiging inhield van iets veel groters. Hetzij voor wat er vervolgens in de politiek gebeurde, hetzij voor wat er bij de volgende verkiezing zou gaan plaatsvinden.’ Niemand belde erover en ook nu de schaal van Richter daadwerkelijk uit zijn voegen is gebarsten, belt niemand hem, zegt hij droog. ‘Normaal gesproken vragen vrijwel alle kranten en nieuwsprogramma’s mij wel iets voor en na de verkiezingen en zou ik in talkshows zitten. Maar niets.’
Waarom zou dat zijn? ‘Omdat ik volstrekt gecanceld ben de laatste paar jaar. Mijn laatste peiling eind maart was natuurlijk spectaculair, met Lijst Omzigt op 38 zetels als hij mee zou doen aan de volgende Tweede Kamerverkiezingen, en een prognose van 53 zetels als Omzigt en BBB hun krachten zouden bundelen. Weer niets.’
In berichten hierover werd u wel hier en daar als bron genoemd. ‘Dat was omdat WNL Op Zondag mijn peiling als enige nog wel altijd brengt en Caroline van der Plas daar te gast was. Zij werd natuurlijk uitgebreid gevraagd naar die voorspelling en naar haar relatie met Omzigt. Daardoor konden andere media wat moeilijker om de vermelding heen, maar doorgaans worden mijn peilingen nu genegeerd in de media. Als mijn naam ergens wordt genoemd, is het in negatieve zin.’
Hoe is dat zo gekomen? ‘Om te beginnen door mijn vroege waarschuwing, in het begin van de pandemie, dat het coronavirus zich makkelijk verspreidt via aerosolen: kleine druppels die vrijkomen door hoesten, niezen, zingen en zelfs door praten. Dat beweren, onderbouwd met data, mocht niet in de tijd dat ik erover begon, want de verspreiding zou via grote druppels en voorwerpen gaan. Het was aanleiding voor verschillende media om mij volledig in diskrediet te brengen. Ik had het mijn hele leven al in ongeveer alles bij het verkeerde eind gehad, was de strekking, nu weer met die aerosolen. Het ging ook over mijn zogenaamd dubieuze financiële wandel; ik zou betaald worden door de horecawereld en ik lag ook in bed met de ventilatie-industrie. Ik had namelijk een website opgezet, smartexit.nu, met Klaas Hummel, die een column had geschreven in Quote met de strekking: jongens, het kan anders. Later kwam er een stichting, Smart Exit, door mensen uit de horeca. Daar had ik geen moer mee te maken. Wel mailde ik een paar keer met twee mensen van die stichting, over aerosolen en hoe je ermee omgaat. Ook met andere horeca-mensen wisselde ik daar heus weleens over van gedachten. Dat wil niet zeggen dat ik met ze onder één hoedje speelde, zoals werd gesuggereerd in onder andere NRC. Ik heb zelfs bewust nooit advertenties op mijn site gezet en de CO2-meter die ik gratis kreeg aangeboden, heb ik gewoon betaald.’
In het voorjaar van 2021 kreeg de aerosolen-theorie, en in het verlengde daarvan het belang van ventilatie, bredere erkenning nadat wetenschappers van verschillende universiteiten erop aandrongen. Hielp dat u niet? ‘Nou, ik was inmiddels vrij succesvol geframed als een Bekende Nederlander die ook maar wat riep. Een wappie eigenlijk, en een graaier bovendien. Angela de Jong noemde me denigrerend een LOI-viroloog. Achteraf gezien goede reclame voor LOI, schreef ik later nog een keer.
Als iets mij kenmerkt, is het wel dat ik me altijd probeer te baseren op gedegen onderzoek en betrouwbare data en daarover transparant ben.
Het is ook mijn werk als onderzoeker. Ik ben altijd enorm nieuwsgierig geweest en ik ben goed in cijfers en statistieken. Ik vind het nog steeds interessant wat er uit de vragenlijsten voor mijn peilingen komt. Tabellen, kaarten en grafieken maak ik allemaal zelf. Het grappige is dat er een heleboel politici en journalisten wel zijn aangesloten op de wekelijkse nieuwsbrief met mijn analyses.’
Ze zien het dus nog wel maar niemand durft meer te zeggen: ik heb het van Maurice? ‘Zoiets is het.’ Zijn mondhoeken gaan omhoog, zijn ogen glinsteren.
Waarom lacht u? ‘Wat moet ik anders doen? Ik lach ook oprecht. Omdat het vooral veel over die mensen zegt. Niet over mij. Ik heb veel verschillende plannen uitgevoerd, en sommige zijn mislukt, maar ik ben weinig veranderd in hoe ik mijn werk doe; hoe ik omga met data, over de vergaring ervan, wat het zegt, wanneer het iets zegt, wat het moet zijn om betekenis te hebben.’ Hij kijkt weer serieus. ‘Kort nadat ik was weggezet als corona-wappie kwam de situatie rondom de Deventer Moordzaak, althans rond de film De Veroordeling en De Deventer Mediazaak, een als journalistiek product gepresenteerde reclamepodcast voor de film, afkomstig van dezelfde producent. Op basis van een arsenaal aan feitelijke onjuistheden, zowel over mij als over Louwes, word ik daarin geportretteerd als een schoft die het leven van Michaël de Jong (de man die als eerste kort in beeld was als verdachte van de moord op de weduwe Wittenberg, beter bekend als de klusjesman, red.) en zijn vriendin kapot heeft gemaakt. Zo heb ik later mijn eigen podcast over de zaak dan ook maar genoemd: De schoft van de Deventer moordzaak. Ik geloof dat zes columnisten me afmaakten in verschillende kranten. Daarmee was mijn status als persona non grata compleet. Eén keer ben ik nog geïnterviewd voor de radio. Door Mischa Blok, in een programma over mensen die zijn gecanceld.’ Hij grinnikt.
‘Rondom de film gaf journalist Bas Haan zijn boek over de Deventer moordzaak, waar die film een herkauwing van is, nog een keer uit, met als toegift een extra hoofdstuk over mijn opstelling in de coronacrisis. Als bewijs dat ik altijd als een idioot ageer tegen de autoriteiten. Wat natuurlijk onzin is. Ja, ik ben gevoelig voor autoriteit omdat ik vind dat mensen die het in een bepaald gebied voor het zeggen hebben dat moeten verdienen door hun werk goed te doen. Dus ja, als ik iemand zie in een indrukwekkende jas met een rij epauletten liggen mijn vereisten voor diegene hoger dan voor iemand anders. Maar dat wil niet zeggen dat ik op voorhand denk dat diegene daar vast niet aan zal voldoen ómdat hij die jas heeft. Vaak voldoen ze wel.’
Maar ze zouden vaker kunnen voldoen? ‘Vast. Kijk naar wat zich nu voltrekt in de politiek doordat mensen met best een hoog IQ en redelijk wat kennis, die op belangrijke posities zitten, zich hebben vastgeklonken aan standpunten die alleen maar symbolen zijn en meedoen met het creëren van angst. Ik denk dan: wees nou pragmatisch en probeer binnen de randvoorwaarden de meest optimale oplossingen te vinden, in plaats van in een bijna religieuze richtingenstrijd te blijven hangen die tot nog meer polarisatie leidt.’
De Honds eind 2022 verschenen autobiografie Wie bang is, krijgt ook klappen, waarin hij gedetailleerd en in feitelijke taal verslag doet van zijn leven tot nu toe – zowel de successen als groot verdriet – bevat ook een uitgebreid hoofdstuk over de Deventer Moordzaak. Het gaat met name in op de fouten die zouden zijn gemaakt in het politie- en justitieonderzoek naar boekhouder Ernest Louwes. Hij werd voor de moord op weduwe Wittenberg, die in de avond van 23 september 1999 in haar huis werd gewurgd en na haar dood vele keren in haar borst gestoken, achtereenvolgens vrijgesproken, in hoger beroep veroordeeld op bewijs dat uiteindelijk vals bleek te zijn, waarna de Hoge Raad een streep door het vonnis haalde in een herzieningsprocedure, om uiteindelijk nogmaals door het Gerechtshof in Den Bosch te worden veroordeeld op twee nieuwe bewijspunten. Dat bewijs is nu onderwerp van een tweede herzieningsprocedure bij de Hoge Raad, ingediend door de advocaat van Louwes – die in 2009 vrijkwam na een gevangenisstraf van acht jaar (hij was veroordeeld tot twaalf) – om het vonnis tegen hem te vernietigen.
De basis van het verzoek is een driejarig onderzoek naar de zaak door drie rechercheurs van het Amsterdamse coldcaseteam, in opdracht van het hoogste rechtscollege zelf. De coldcaserechercheurs zouden onder andere grote verschillen hebben gevonden tussen het dossier van de politie en het procesdossier van de rechters. Ook zou ontlastend bewijs over het alibi van Louwes zijn achtergehouden. DNA-materiaal op de blouse van de weduwe had niet als bewijs tegen de boekhouder gebruikt mogen worden omdat er op meerdere momenten, zowel kort als langer na de moord, zo onacceptabel met de blouse is omgesprongen dat het bewijsmateriaal onbetrouwbaar is. Eind juni verschijnt het advies van de procureurgeneraal bij de Hoge Raad over de gronden voor een herziening. De Raad beslist vervolgens of ook dit vonnis tegen Louwes moet worden vernietigd. Als het vonnis van een veroordeelde door de Hoge Raad inderdaad voor een tweede keer zou worden vernietigd, zou dat een unicum in de Nederlandse rechtspraak zijn. Maurice de Hond, die de zaak als reguliere nieuwsjunkie volgde in de pers, raakte overtuigd van de onschuld van Louwes toen vrienden van de boekhouder hem in 2005 een stapel documenten toestuurden die volgens hen ongerijmdheden in het moordonderzoek blootleggen. Aanleiding voor het toesturen van die documenten was een interview met tijdschrift Intermediair waarin De Hond op de vraag ‘Met welke Nederlander heeft u medelijden?’ antwoordde: ‘Ernest Louwes, omdat zijn vonnis door de Hoge Raad is vernietigd, en hij na negen maanden toch weer naar de gevangenis moest.’
Welke kant denkt u dat het herzieningsverzoek dit keer zal opwaaien? ‘Op basis van de bevindingen van het coldcaseteam zou ik denken dat een herziening voor de hand ligt. Er komt dan een nieuw proces, met twee mogelijkheden: of het Openbaar Ministerie geeft te kennen dat het niet meer op Louwes’ schuld gaat zitten. Dan is het snel over: vrijspraak. Of het zegt: we zijn er nog steeds van overtuigd dat hij de dader is en dat gaan we bewijzen. In het aanvullend onderzoek daarnaar kan en zal de advocaat van Louwes dan allerlei verzoeken indienen die wijzen op lacunes en misvattingen in het dossier. Maar de kans dat de Hoge Raad afwijst, sluit ik ook helemaal niet uit. Dat is veel eenvoudiger. Geen haan die ernaar kraait en door alle valse en eenzijdige informatie die is verspreid, zal iedereen zeggen: zie je wel.’
Als er geen herziening komt, wat dan? ‘Dan moet ik het wel loslaten. In de zin van: dan kan er niets meer gebeuren. Voor mij is dat veel minder erg dan voor Louwes natuurlijk. Met tranen in zijn ogen zei hij me: ik wil niet dat mijn kleinkinderen denken dat ik een moordenaar ben. Dat is zijn motief om door te gaan. Bas Haan maakt ervan dat Louwes zich allang in zijn lot geschikt zou hebben zonder mijn bemoeienis. Dat is zo walgelijk. Ik heb er geen woorden voor.’
Heeft u om uzelf spijt dat u zich in de zaak heeft gemengd? ‘Spijt zou ik het niet noemen. Ik vind het eerder ontzettend lullig dat ik de informatie heb gekregen. Ik had het liever allemaal niet geweten. Maar toen ik het eenmaal wist, was er geen weg terug meer. Niet alleen was Louwes onschuldig, ik kon ook niet heen om het gegeven dat een andere verdachte is vrijgespeeld terwijl daar geen te rechtvaardigen reden voor was. Om vervolgens Louwes veroordeeld te krijgen op broddelwerk; het was echt Mister Bean goes to Deventer. Mijn ontsteltenis ging en gaat over die combinatie. Ik kan me overigens goed voorstellen dat de gemiddelde burger zonder diepgravende dossierkennis niet gelooft dat een onderzoek zo mis kan gaan. Je denkt toch: die mensen willen aan waarheidsvinding doen. Maar dat is niet zo, vaak. Ze willen een crimineel veroordeeld krijgen en zodra ze iemand in het vizier hebben als de dader, gaan ze door roeien en ruiten.’
In uw boek schrijft u dat u ook respect heeft voor politie en justitie. ‘Dat is ook zo. Laten we wel wezen, we leven in een veilig land mede dankzij het werk dat zij doen. Bedenk ook dat de meeste verdachten, misschien wel 95 procent, schuldig zullen zijn, maar liegen dat het gedrukt staat. Ik heb er ergens ook begrip voor dat rechercheurs en officieren van justitie daardoor sneller geneigd zijn in een tunnelvisie te komen waar weinig ruimte is voor de mogelijkheid dat als ze wat beter graven, er misschien wel iets is wat iemand zou kunnen vrijpleiten. Grotendeels zullen dit onbewuste processen zijn die zich door jaren ervaring – heel veel liegende daders – opbouwen. Alleen, je zou verwachten dat er een intern correctiesysteem is om fouten gemaakt vanuit die conditionering te ondervangen. Dat systeem is er niet, of niet afdoende. Besef dat Louwes in eerste instantie is veroordeeld omdat er bij de geurproeven gefraudeerd is door de hondenbegeleiders.
Daar kritisch over zijn kun je afdoen als hysterische complotdenkerij, maar het werkelijke probleem is natuurlijk een gebrek aan eerlijke en nauwkeurige zelfcontrole bij Openbaar Ministerie, politie en andere overheidsinstituten die aan belangrijke touwtjes trekken. Kijk naar de toeslagenaffaire. Sinds 2020 sta ik wantrouwig tegenover informatie die ik op me afkrijg. Ik keek altijd al kritisch naar het bestuur van het land, en ik pionierde liever zelf dan ik het gebaande pad nam, maar ik had nooit het gevoel dat we grootschalig in de maling worden genomen.
Dat heb ik nu meer, zeker. Laat ik een voorbeeld nemen uit de coronatijd. Met regelmaat had ik contact met mensen uit het veld: artsen, medische wetenschappers, een burgemeester uit het veiligheidsberaad, de directeur van een groot ziekenhuis. Allemaal zeiden ze tegen mij, onder andere over aerosolen: jij hebt gelijk. Waarom ga jij hier niet mee naar buiten, vroeg ik dan, dat heeft veel meer effect dan als ik het zeg. Omdat het me mijn baan kost, was dan meestal hun antwoord. De stemming was: je mag geen twijfel uiten over de lijn die was uitgezet, want dat zal leiden tot bredere twijfels en dan zijn we nog verder van huis. Dus iedereen bleef min of meer binnen de marges. Het deed me denken aan de gedragspatronen in het eerste deel van de oorlog waarover mijn ouders me vertelden, gewoon in Nederland. Het niet durven, wegens persoonlijke consequenties. Mijn vader zei weleens voor de grap: ik heb nooit zoveel onderduikplekken aangeboden gekregen als na de oorlog.’
0 reacties :
Een reactie posten