OXFAM heeft berekend dat bijna een miljard mensen in 2022 in extreme armoede zullen leven en honger zullen lijden.
De mondiale catastrofe veroorzaakt door COVID-lockdowns
Door PAUL FRIJTERS, GIGI FOSTER, MICHAEL BAKER, 20 april 2022
Het originele, Engelstalige artikel vindt u hier.
De meest recente index van de wereldvoedselprijzen is op 8 april bekendgemaakt door de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN (FAO). De voedselprijsindex van de FAO is in maart gestegen tot 159,3, wat in reële termen ruwweg 70% boven het niveau van 2019 en het hoogste sinds het begin van de registraties in 1961.
Deze grafiek geeft aan dat burgeroorlog en hongersnood in arme landen nu onvermijdelijk zijn. De wereldvoedselprijzen lagen begin 2022 al 40% boven het niveau van vóór de lockdowns als gevolg van verstoringen in de toeleveringsketens, grotendeels veroorzaakt door de maatregelen die regeringen overal ter wereld hebben genomen om de pandemie onder controle te krijgen.
Fabrieken sloten en werknemers moesten thuis blijven, zelfs als ze niet ziek waren. De kosten van transport over water stegen door willekeurige sluitingen van havens waardoor containers en schepen naar de verkeerde plaatsen werden omgeleid, zodat exporteurs moeite hadden om containers te vinden en als ze die vonden, konden ze geen schepen vinden om ze in te laden. Voedsel rotte weg in opslagplaatsen.
Toen kwam de oorlog in Oekraïne, waardoor de voedselsituatie in een nog meer acute crisissituatie terechtkwam.
Weliswaar beschikt de wereld over een grote reservecapaciteit voor voedselproductie, maar het duurt een paar jaar voordat de extra productie een feit is. Bestaande landbouwbedrijven kunnen hun productiviteit slechts langzaam opvoeren door meer land te gaan cultiveren. Maar na een maand zonder voedsel verhongert een mens al, dus een voedselcrisis van twee jaar betekent een menselijke catastrofe.
Sommige propagandisten zullen met de vinger wijzen naar China, dat naar verluidt enorme voorraden rijst, maïs en tarwe heeft – misschien wel meer dan de helft van de reserves in de wereld. Maar het heeft die reserves nu al bijna 10 jaar. De Chinezen hebben niet plotseling sinds maart 2020 voedsel opgekocht om elders oorlogen te veroorzaken.
Hoeveel politieke onrust komt er op ons af als gevolg van het wereldwijde voedseltekort? Uit een onderzoek uit 2015 naar de rellen als gevolg van de pieken in voedselprijzen in 2007-2008 en 2010-2011 bleek dat er gemiddeld twee ernstige rellen per maand plaatsvonden toen de voedselprijzen 50% boven het vorige niveau uitstegen. Vier tot zes rellen deden zich voor toen de prijzen verdubbelden.
De voedselprijzen lagen begin 2022 al 30% boven de piek van na de financiële crisis, terwijl het reële bbp per hoofd van de bevolking in de arme landen (zie bijvoorbeeld hier) ongeveer hetzelfde is als in 2008, maar met veel grotere ongelijkheid. Deze combinatie is de belangrijkste reden waarom Oxfam in haar rapport van 12 april, getiteld “Eerst crisis, dan catastrofe”, heeft berekend dat bijna een miljard mensen in 2022 in extreme armoede zullen leven en honger zullen lijden.
Nu de voedselprijzen een derde hoger liggen dan de prijzen die de Arabische lente van 2011 inluidden, zien we nu al dat voedsel als politiek wapen wordt gebruikt in Ethiopië, Jemen en elders. We zullen dit ongetwijfeld nog veel vaker zien in 2022. Plaatsen als Afghanistan en de armere delen van Afrika zouden wel eens op politiek gebied kunnen exploderen, zoals het Netwerk voor vroegtijdige waarschuwing voor hongersnoden (Famine Early Warning System Network) rapporteert.
Kunnen westerse, hoogopgeleide, geïndustrialiseerde, rijke, democratische landen deze trein nog stoppen?
Rijke westerse regeringen worden van oudsher geassocieerd met een hoge mate van sociale stabiliteit en weinig geweld. Zijn zij bereid en in staat hun rijkdommen aan te wenden om de gevolgen van de hongersnoden na de covid-periode in te dammen? Of zullen zij te veel bezig zijn met hun eigen financiële problemen, die het gevolg zijn van hun noodlijdende belastingsystemen en twee jaar van geld verspillen aan misplaatste maatregelen tegen de pandemie?
Het antwoord is op zijn zachtst gezegd verontrustend.
Onderstaande grafiek toont de overheidsuitgaven in vijf grote Europese landen tot en met 2020. De stippellijnen na 2020 laten zien wat de regeringen zeiden te verwachten, terwijl de ononderbroken lijnen weergeven wat er daadwerkelijk is gebeurd, tot eind 2021.
In deze periode zijn de overheidsinkomsten nauwelijks gestegen, zodat de extra uitgaven werden gefinancierd uit een grotere overheidsschuld.
De schuld/BBP-ratio’s stijgen in de EU en de VS jaarlijks met ongeveer 10 BBP-procent, in sommige landen (Frankrijk, Anglo-landen) sneller dan in andere (Scandinavië).
In plaats van de voorspelde daling van de overheidsuitgaven na de stijging van 2020, was verdere stijging van de uitgaven in 2021 spectaculair in sommige landen, zoals het VK, Frankrijk en Spanje. Deze stijgingen werden deels veroorzaakt door uitgaven voor defensie en sociale programma’s (het zg. “pork barrelling” (handjeklap) in de aanloop naar belangrijke verkiezingen in Frankrijk en Spanje), maar meer in het bijzonder door het voortdurende covid-circus dat heeft geleid tot onproductieve uitgaven voor alle gebruikelijke parafernalia (vaccins, maskers, tests) en voor het opgeblazen controle-systeem dat zich vastklampt aan haar subsidie.
De overheidsuitgaven zijn voor de meeste van deze landen hoger dan ooit tevoren. Ze liggen op een niveau dat lang onhoudbaar werd geacht. Als u hieraan twijfelt, bedenk dan dat de privatiseringshervormingen van Reagan/Thatcher in de jaren tachtig en negentig werden voorafgegaan door pieken in overheidsuitgaven van “slechts” 50% van het BBP.
Het probleem van de belastinggrondslag
De regeringen hebben meer uitgegeven dan zij kunnen belasten. Economen zouden zeggen dat we ons nu aan de rechterkant van de Laffer-curve bevinden, wat betekent dat pogingen om meer belasting te heffen tot zoveel belastingontwijking zullen leiden dat de belastinginkomsten zullen dalen. De logica is gemakkelijk te zien in een extreem voorbeeld: als je een activiteit belast tegen 100%, dan stopt die activiteit en krijg je $0 aan belastinginkomsten.
Toen hem ooit werd gevraagd waarom hij banken beroofde, zei Willie Sutton “omdat daar het geld is.” Het probleem vandaag de dag voor de belastingdienst is dat ze, in tegenstelling tot Sutton, niet dicht genoeg kunnen komen bij “waar het geld is”.
De problemen op belastinggebied zijn diep en al lang gaande , deels omdat de superrijken die aan het hoofd staan van de grootste bedrijven, die steeds meer van de rijkdom van de wereld bezitten, aan het belastingnet zijn ontsnapt en regeringen die hen niet bevallen onder druk kunnen zetten door mediacampagnes te financieren tegen politici die hen proberen te belasten. Het is een groot politiek probleem dat de rijken geen eerlijk deel aan de belastingen afdragen, wat nog verergerd wordt door het enorme beroep dat op de schatkist wordt gedaan om het covid-festijn aan de gang te houden.
Er is maar één uitweg voor alle regeringen die klem zitten tussen hun onvermogen om belasting te heffen op degenen die geld hebben en de dure eisen van het ziekenfonds, en dat is geld bijdrukken. Regeringen hebben dit bedacht door schuldpapieren (obligaties met verschillende looptijden) te verkopen aan hun eigen centrale banken.
Wat gebeurt er als je zoiets doet zonder de productie te verhogen om het te financieren? Zoals we voorspelden eind 2020 is het resultaat inflatie, waardoor de reële waarde van geld vermindert. Inflatie als gevolg van het drukken van geld kan worden gezien als de overheid die een deel neemt van iedereen die haar munteenheid gebruikt. Dit effect, dat seigniorage belasting wordt genoemd, komt neer op belastingheffing door wanhopige overheden die de controle kwijt zijn over de superrijken die hun belastingen niet meer betalen.
Hoe lang kunnen deze wanhopige regeringen de bevolking blijven belasten door geld te drukken? Alleen zolang de bevolking geen andere valuta kan vinden om transacties mee te doen. Als een omschakeling mogelijk is, stoppen de mensen met het gebruik van de munt die zo zwaar belast wordt, komt er hyperinflatie en een afschuwelijke economische ineenstorting als regeringen failliet gaan en bevolkingen verarmen.
Dit probleem is bijzonder schadelijk voor de EU, en iets minder voor de VS, die in de gelukkige positie verkeren dat zij de wereldmunt hebben (ongeveer 60% van de internationale financiële reserves zijn in Amerikaanse dollars) en dus in staat zijn om een flink bedrag aan seigniorage-belasting uit de rest van de wereld te persen, hoewel dit na verloop van tijd langzaam aan het verminderen is.
Het grote politieke spel in het Westen, en met name in de EU, is op dit moment hoe te voorkomen dat de bevolkingen financieel uit de pas gaan lopen. Als ze dat doen, zal dat de ineenstorting van de EU en haar financiën inluiden. Dat zou ons met een klap weer midden in de jaren dertig van de vorige eeuw terugbrengen, met allerlei fanatici die de lakens uitdelen, zonder een eindpunt in zicht totdat overheidsuitgaven drastisch worden verminderd en de superrijken in het gareel worden teruggebracht.
Deze ontwikkeling zal naar verwachting miljoenen doden kosten naarmate het opgeroepen fanatisme zijn gang kan gaan. Dit scenario is de afgelopen 12 maanden waarschijnlijker geworden, nu veel regeringen hebben gemerkt dat zij de uitgaven niet kunnen terugdringen.
Zelfstandige ratingbureaus zoals Fitch worden zich nu hiervan bewust en hebben hun ramingen van de inflatie in de EU in april 2022 bijna verdubbeld ten opzichte van december 2021, terwijl ze ook voorspellen dat de Europese landen zullen proberen om zich met bestedingen uit de huidige crisis te redden.
Tegelijkertijd wordt verwacht dat de Europese Centrale Bank (ECB) zal stoppen met het opkopen van staatsobligaties, zodat alleen landen die door financiële markten worden vertrouwd dat zij hun schulden terugbetalen, meer kunnen lenen. Dat betekent dat landen als Italië niet meer zullen kunnen lenen en drastisch zullen moeten bezuinigen, terwijl landen als Duitsland nog wel een tijdje kunnen blijven lenen. Rellen in Rome, maar niet in Berlijn.
De rol van digitale paspoorten en munteenheden
Het bieden van stabiliteit door democratische westerse staten is van oudsher mogelijk dankzij overheidsuitgaven voor kerndiensten en instellingen die markten in staat stellen te floreren. Waar zullen deze landen met alle extra met schuld gefinancierde uitgaven van de afgelopen twee jaar voor grotendeels onproductieve doeleinden, en met een teruglopende belastinggrondslag de komende jaren brandstof vandaan halen in hun strijd om de politieke stabiliteit te handhaven?
Om een volledige ineenstorting van hun belastinggrondslag te voorkomen, proberen regeringen (vooral in de EU) wanhopig de bevolking te dwingen alleen goedgekeurde munteenheden te gebruiken, zodat zij hen kunnen blijven belasten.
Dit is het economische motief achter digitale paspoorten, digitale munteenheden en bankrekeningen van de centrale overheid: de hoop van de autoriteiten is dat het volledig digitaal volgen van hun financiën zal voorkomen dat hun burgers overstappen op een vorm van geld die niet kan worden belast door er meer van te laten drukken.
De middelen voor een dergelijke controle zijn onder meer dat ambtenaren alleen in goedgekeurde valuta worden betaald, dat alle sociale uitkeringen en andere overheidsuitgaven in die valuta worden betaald, dat alle bedrijven die onder hun bevoegdheid vallen, worden gedwongen hun rekeningen en personeel in die valuta te betalen en dat zoveel mogelijk transacties van consumenten in die valuta worden afgedwongen.
Een digitale monetaire dictatuur is het doel. Als de superrijken niet belast kunnen worden door regeringen die in de gaten houden wat zij bezitten, dan kan misschien elke handel met de superrijken belast worden door af te dwingen dat die handel in een goedgekeurde munt plaatsvindt. Daar zit logica in.
Enorme controle is nodig om dit te laten werken omdat bevolkingen, en vooral hun rijkere en meer dynamische onderdanen, manieren zullen zoeken om de belasting te ontwijken. Zaken die niet belast worden, zullen als geld gaan dienen – land, huizen, goud, tarwe, olie, oma’s zilver, enz. Alles wat een intrinsieke waarde heeft, kan als geld gaan dienen, hetzij door er direct mee te betalen, hetzij als onderpand. Dergelijke sluikhandel zal gemakkelijker zijn voor kleinere bedrijven en moeilijker voor grotere, die niet aan de blik van de overheid kunnen ontsnappen.
Geleidelijk aan zou er een alternatief ondergronds banksysteem kunnen ontstaan, waarin mensen handelen in onbelaste valuta die ofwel vertrouwd worden (de Chinese Yuan, of een valuta die door bedrijven wordt uitgegeven – bijvoorbeeld een “Big Tech Dollar”?) of die door grondstoffen worden gedekt.
Op lokaal niveau en in de bilaterale handel tussen landen (zoals Russische of Iraanse olie in ruil voor de Yuan) zouden de mensen kunnen kiezen voor onbelaste valuta en ook ruilhandel, gunsten verlenen in ruil voor voedsel of andere goederen. De wig zou groter worden tussen wat de staat kan controleren en afdwingen in zijn muntstelsel, versus zijn vermeende invloedssfeer.
We zien deze dynamiek al tot uitbarsting komen op het internationale toneel, met Rusland dat afstand neemt van de dollarkoers en overstapt op grondstoffen als onderpand, in een terugkeer naar de norm van het Bretton Woods-systeem van vóór 1971. Hoewel wij niet denken dat deze stap houdbaar is, is de ontwikkeling onheilspellend.
Als genoeg andere landen China en Rusland volgen in hun vlucht uit de US-dollar, dan zal de Amerikaanse regering uiteindelijk niet in staat zijn de rest van de wereld te belasten door meer dollars te drukken en daarmee alle houders van dollars (waaronder veel buitenlanders) een seigniorage-belasting op te leggen. Zij zou zich moeten beperken tot het belasten van alleen binnenlandse transacties die kunnen worden afgedwongen in dollars. Hetzelfde zou gelden voor de EU en haar euro’s.
Mensen zijn al op zoek om land, grondstoffen en onroerend goed te kopen om zo de gevolgen van het drukken van geld door de overheid te vermijden. De superrijken gaan hierin voor, omdat zij zich de slimste adviseurs kunnen veroorloven die hen het bovenstaande al meer dan een jaar geleden zullen hebben verteld.
De grenzen van de financiële controle door de overheid
Zullen de monetaire autoriteiten van de VS en de EU erin slagen hun bevolkingen te dwingen de digitale munten van hun voorkeur te gebruiken? Ze zullen het moeilijk krijgen. Kapitaalvlucht naar grondstoffen en ‘veilige’ landen, zoals Scandinavië en Zwitserland, kan worden bestreden, maar alleen met controle op kapitaal, naast nieuwe belastingen op grondstoffen naarmate die grondstoffen geld gaan vervangen: belastingen op huizen, belastingen op land, belastingen op goud.
Die wedloop zou een chaos veroorzaken omdat veel van die goederen met een hoge schuldenlast zitten. De middenklasse in de meeste landen zou financieel geruïneerd worden als zij hoge rentetarieven op hun hypotheken zouden moeten betalen, of aanzienlijke vaste belastingen op hun huizen.
Elk land dat de politieke keuze heeft gemaakt om geld bij te drukken om te verbergen dat zijn covid-beleid het productieve deel van de economie heeft verminderd, terwijl het de overheidssector heeft vergroot door uitgaven voor nutteloze controlemaatregelen en het gezondheidstheater, staat nu aan de financiële afgrond. Wij vrezen dat dergelijke landen op zijn minst zware recessies te wachten staan terwijl hun regeringen orde op zaken stellen. De mogelijkheid om de hongerlijdende en in opstand komende medemensen in het buitenland te helpen, zal eenvoudigweg teniet worden gedaan door binnenlandse rampen.
Welke zondebokken zullen de regeringen voor dit alles aandragen? De oude bekenden die ze nu al de schuld geven: klimaatverandering, de Russen, de pandemie, China, interne critici, de ongevaccineerden, populisme, enzovoort. Alles behalve zichzelf.
Tot dusver heeft de bevolking dit verhaal grotendeels geslikt, daarbij geholpen door Big Tech, Big Pharma, en anderen die ijverig hebben gewerkt om ervoor te zorgen dat mensen geloven dat deze problemen niets te maken hebben met de huidige ideologie en politiek.
Die propaganda kent haar eigen prijs, omdat bevolkingsgroepen die erin geloven vervolgens nog meer zelfbeschadigende eisen stellen – bijvoorbeeld meer beperkingen op reizen en handel “om de planeet te redden”. Allerlei vormen van zelfverminking worden nu als “oplossingen” aangeprezen, aangedragen door politieke elites die de verantwoordelijkheid voor hun rampzalige keuzes proberen te ontlopen.
De propaganda is krachtig, maar de realiteit dringt toch langzaam door in deze schijnwereld. De stijging van de voedsel- en brandstofprijzen, de algemene inflatie, de vermindering van dienstverlening en de economische ontberingen kunnen niet worden verdoezeld, en de grenzen van geld drukken zijn bereikt. Dat zijn de vruchten in de ontwikkelde landen van de Grote Covid Paniek, net zoals hongersnoden de vruchten ervan zijn in de arme landen.
Burgeroorlogen en hongersnoden in 2022 zijn voor veel arme landen een vrijwel zekere uitkomst, terwijl het Westen wanhopig probeert zijn financiële noodlot te ontlopen, en geen geld meer heeft, zelfs als het zou willen helpen.
Het ziet ernaar uit dat 2022 een jaar van afrekening wordt voor de gekte van 2020-2021. We vrezen dat de afrekening een nog grotere waanzin zal tonen dan we tot nu toe hebben gezien. Het wordt een moeilijke tijd voor liefde en waarheid.
VIRUSWAARHEID
0 reacties :
Een reactie posten