Ik heb een steen verlegd, in een rivier op aarde
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten
7-4-2021
Antropoceen
Een gastbijdrage van leonardo da gioiella (Italië).
Ik heb een steen verlegd, in een rivier op aarde
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten
Paul Crutzen is weliswaar niet de vader van de gedachte van het antropoceen – er zijn er (ver) voor hem geweest die in die termen naar de mensheid (en naar zichzelf) keken, de Bijbelse noties van zowel de zondeval als van het rentmeesterschap liggen op hetzelfde niveau. Volgens mij krijg je last van die dingen als je last hebt van Joods-Christelijke worteltjes … wel, Crutzen is niet de vader, maar hij heeft het begrip wel body en vaart gegeven.
Nu was Crutzen een nobel mens – God hebbe zijn ziel. Hij had het beste met de wereld voor, en hij heeft dan ook een Nobelprijs gehad. En Crutzen heeft de naam dat hij, als een soort Hans Brinker, in z’n eentje het gat in ozonlaag heeft gedicht, een idee dat vele gelovigen kent, en waarvoor ook wel een theoretische basis wordt gegeven die, geloof ik, steviger is dan de basis voor CO2 als het begin van alle ellende.
Maar Paul Crutzen is ook de man die vriend en vijand verbaasd heeft met het idee om de aardse atmosfeer kunstmatig flink te vervuilen door er een hoop rotzooi in te spuiten die daar niet thuishoort – sulphurizing – teneinde de zonne-instraling te doen verminderen waardoor we de GMT omlaag kunnen brengen, of op z’n minst laten stoppen met stijgen. Hij toonde zich daarmee een aanhanger van, maar ook driver achter geo-engineering.
Kijk, hij mag dan een nobel mens zijn, en in de Anglo-Amerikaanse wereld een Nobel genoemd worden … maar ik denk als je met dat soort hybris rondloopt op de aarde, dat het beter is dat de rest van de mensheid je ideeën nog eens even langs de meetlat legt, en zich serieus achter de oren krabt om te kijken of je al die eer nou wel echt verdiend hebt.
Nou, als ik ooit met de deur in huis ben gevallen, dan nu wel.
Uh … ik denk dat het tijd is voor een beetje disclosure. Ik ga nu dingen zeggen die jullie al weten, of kunnen vermoeden, maar ik ga ze naar een iets hoger niveau tillen. Want, zoals ik al eerder gezegd heb, ik heb altijd op de verkeerde mensen gelet, ook hier bij Climategate.nl. Juist bij Climategate.nl, want dat gaat over klimaat. Terwijl we de ecologen/ecomodernisten in de gaten moeten houden.
Bekentenis
Ben ik een ontkenner van aardsystemen? Nee. Wel suggereert de term dat we er alles vanaf weten, want we weten kennelijk dat het om systemen gaat.
Heeft earthsystems science een plekje verdiend in het pantheon van de wetenschappen? Absoluut. Met die aantekening dat ze (sommige, in ieder geval klimaat), als wetenschappelijk subject, povertjes gedefinieerd zijn.
Veranderen die aardsystemen in de loop van eonen? Allereerst volmondig: ja, ik geloof.
Daarnaast, ik weet het, want we hebben kampvuurverhalen die mythes zijn geworden, maar ook wel indirecte metingen.
Ten derde, die veranderingen vinden plaats over een lange periode. Je kan ze niet aflezen aan de hevigheid van orkanen of de frequentie van aardbevingen. Niemand heeft de Himalaya zien groeien tot z’n huidige hoogte, en niemand zal ooit weten dat z’n superioriteit ooit aangetast zal worden door een nog hogere puist.
Last but not least, in systeemcybernetica zit ingebakken dat het systeem reageert op externe invloeden, en dus aan wijziging onderhevig is. Dus, om af te dalen naar climate change: het klimaat als systeem wijzigt niet – dat kun je eenvoudig zien aan het gaan en het terugkeren van ijstijden – maar de uiterlijke kenmerken zijn eon-gebonden.
Zullen veranderingen van aardsystemen zich desastreus manifesteren? Dat is boven enige twijfel verheven. Een hik in het schuiven van de tektonische platen zullen we zeker voelen. Maar, laat ik weer even afdalen naar de actualiteit, als we naar de hedendaagse bevolkingsomvang kijken dan kunnen we met een gerust hart zeggen dat een naderende ijstijd, al dan niet vooraf gegaan door een flinke zeespiegelstijging, desastreus uit gaat pakken voor de wereldbevolking, te beginnen in NL – of iets noordelijker.
Ik wil daar onmiddellijk aan toevoegen: de plannen van IPCC-AR5 zijn een sprong in het duister, met wat mij betreft een niet geringe kans dat ze de destructie vroegtijdig in zullen zetten.
Als, over een kleine 50.000 jaar, de wereldbevolking, gedecimeerd en wel, zit te bibberen van de kou in door gure windvlagen omgeven grotten, waar ze ternauwernood uit tevoorschijn durven komen, is het niet om de angst voor bevriezingsgevaar, dan wel vanwege andere wezens die ook honger hebben … als dat de situatie zal zijn, is er dan iemand die we iets kunnen verwijten? NEE!
Einde bekentenis
Waarom schrijf ik dit nu allemaal op? Wel, de vraag die zich aan mij opdrong, mede geïnspireerd door Hugo van der Molen, geen onbekende hier, is deze: hoe kan het bestaan dat we niet weten hoe duur windenergie en zonne-energie is/wordt, en de milieubelasting daarvan niet eens willen benoemen, maar wel uit kunnen tekenen hoe zoiets als ecologisch verantwoorde landbouw of rechtvaardige arbeidsdeling er uit ziet?
En wat ik dus wil constateren is, dat er inmiddels weliswaar een hoop wetenschappers bezig zijn met the anthropocene as a heuristic and analytical power to rethink the nature-culture relation and to re-assess the narratives that historians of science, technology, and the environment have written until now, maar dat dat iets heel anders is dan wetenschapsbeoefening. Het is zoiets als de exacte wetenschappen onderbrengen bij de sociologische faculteit.
Het spreken over zoiets als Climate Sensitivity – of het Equilibrium daarvan – of GMT – ik volg daarin de Nobel Ivar Giaever – is niet alleen de ultieme manifestatie van de hybris van het dier dat een geologisch tijdperk naar zichzelf wil vernoemen, het is bovenal alles behalve een uiting van wetenschappelijk denken – het is pure domheid.
Ik las laatst een mooie: the greatest enemy of knowledge is not ignorance; it is the illusion of knowledge. (een alphaman, de historicus Daniel Boorstin).
Dat denken over het antropoceen heeft zich inmiddels als een virus verspreid door de gangen van alle wetenschappelijke instituten. Dat verzin ik niet, dat heeft iemand die als een autoriteit wordt beschouwd, na literatuuronderzoek opgeschreven: Helmuth Trischler in NTM Zeitschrift für Geschichte der Wissenschaften, Technik und Medizin. En uit alles blijkt dat hij de kwalificaties a heuristic and analytical power to rethink onderschrijft. To rethink alles, zelfs evolutie. Waar ze al mee bezig zijn!
I do think, however, that history of science, technology, and the environment would greatly benefit from engaging in such border-crossing collaborations and conceptual debates, which are well underway in related fields such as archeology, evolutionary anthropology, and ancient DNA research.
In het kielzog daarvan hebben andere wetenschappers, sommige daarvan welwillend bezien in de klimaat-sceptische hoek, het Ecomodernist Manifesto opgesteld. Dat ze welwillend worden bekeken is onder meer vanwege hun protagonistische houding tegenover kernenergie.
En wat voor statements komen er dan tevoorschijn uit dat rethinken en uit die border-crossing collaborations and conceptual debates? Wel, zoiets als:
… after aeons of the development of planet Earth, we have created the mess in no more than two centuries
over het begin van het einde.
Óf, over de eindtijd aller eindtijden:
Our waste nitrogen phosphate is likely to leave a mark that will last until our planet dies in the red blazing fire of our aging sun.
En dat was voor mij een heel makkelijke greep, ben trovato, uit wat ik eigenlijk als een hoop “onzin” wil kwalificeren.
Maar, ziet hoe welwillend deze onzin tegemoet wordt getreden. NRC had laatst een artikel van een regisseur/schrijver die zijn vrienden tijdens gezellige etentjes voorhoudt dat vis en vlees eten ecologisch niet verantwoord is, en passant er aan toevoegend dat ze hun kinderwens moeten inhouden, omdat ieder nieuw kind geen verwachtingsvol leven meer is, maar een footprint. En de slijpsteen van de geest heeft hem daarvoor ruimte gegeven. Vooral de reacties lezen, zou ik zeggen.
En, vergeet Frans Timmermans niet, met z’n groeiplannen voor de biologische land- en tuinbouw! (zie Hetzler enige dagen terug).
AEON, a unique digital magazine, publishing some of the most profound and provocative thinking – en free for everyone! – dat recent speciale aandacht besteedde aan Am I my connectome? over het menselijk brein, waarvan de redactie zegt If science can map it, immortality beckons (featured article!) gelooft nog niet zo in immortality als ze the Deep Anthropocene behandelen.
Nog afgezien van het feit dat profound and provocative thinking nogal cliché is geworden, het gezeur is niet van de lucht. Het woord climate komt 17 keer voor (altijd gekoppeld aan change), Anthropocene slechts 5 keer. Het zegt dat a clear-eyed appreciation for the deep entanglement of the human and natural worlds is vital. Ze zien duidelijk human niet als nature.
We live at a unique time in history, in which our awareness of our role in changing the planet is increasing at the precise moment when we’re causing it to change at an alarming rate.
Die unique time is, grafisch gesproken, nog geen pixel breed in de periode dat de mens op aarde rondloopt.
En waar komt die wijsheid vandaan? Uit een database. HYDE = History Database of the Global Environment. En wat blijkt? Deze data base – deployed in climate models! –
… combines contemporary and historical patterns of land use and population across the planet over the past 12,000 years. Despite this huge span of space and time, with notable exceptions, HYDE is based largely on historical census data that go back to 1960, mostly from Europe.
A huge space of time die in kaart is gebracht met “lokale” data die niet verder teruggaat dan 1960. Antropocene lulkoek.
In een boek dat ik hier voor me heb, over Ancestral DNA, Human Origins, and Migration, weten ze gelukkig nog raadsels toe te geven. Zoals in een zin over de “colonization” van wat toen nog niet Australia was gedoopt.
… it would not be expected for large number of people to drift in a log, floating vegetation, or a canoe, except for instance, if a tsunami thrusted a good portion of populations to the shores of Australia.
Inderdaad, hoe zou de mens dat nou voor elkaar gekregen hebben, zijn footprint op Australië én Melanesië, Micronesia, en Polynesia. ’t Zou me niks verbazen als de schrijvers van dit boek zich gaan mengen in die anthropocene border-crossing collaborations and conceptual debates , én … ook nog een antwoord gaan vinden. Ik denk dat als theologen en visbeheerecologen om tafel gaan zitten met ecozonde-experts, voor een border-crossing conceptueel debat, ze elkaar wel kunnen vinden in de profeet Jonas, die op de stranden van wat nu Aboriginal Australië heet door een walvis is uitgespuwd, om anderszins aangespoelden te vertellen dat de straffende God eigenlijk best Liefde is, en hen bijtijds uitstekende aanwijzingen heeft gegeven voor het bouwen van een catamaran.
Daar moet wat aan gedaan worden. Daar moet tegen opgetreden worden. Daartoe heb ik met mezelf een afspraak gemaakt: om die boel eens grondig door te gaan spitten, zodat meer rationeel ingestelde geesten te weten komen wat er allemaal aan spoken rondwaart in de academische wereld.
Een Hercules-taak? Ik denk eerder een soort sisyfusarbeid. Maar wel leuk. Je komt hilarische dingen tegen, en je blijft ze tegenkomen, waar een mens zijn voordeel mee kan doen – zoals daar zijn gezonder worden van de lachlust, het scherpen van de geest, of zijn pen een plezier doen.
En wat Bram Vermeulen betreft, die wordt niet meer vergeten. Niet omdat ie de loop van een rivier veranderd heeft, maar omdat ie zo mooi, zo heel antropoceen, bezongen heeft hoe mensen zich in de kijker van de geschiedenis proberen te spelen … met hun praatjes.
Omdat door het verleggen van die ene steen
De stroom nooit meer dezelfde weg kan gaan
0 reacties :
Een reactie posten