We zouden zoveel CO2 kunnen uitstoten als we willen, zonder effect.
31-10-2020
Geen opwarming meer door verdere toename CO2?
Auteur: David Wojick (US).
Vertaling: Martien de Wit.
Nauwkeurig onderzoek door de natuurkundigen William Happer en William van Wijngaarden heeft aangetoond dat de huidige niveaus van atmosferische kooldioxide en waterdamp bijna volledig verzadigd zijn. In de stralingsfysica impliceert de technische term ‘verzadigd’ dat het toevoegen van meer moleculen niet meer opwarming zal veroorzaken.
In gewone taal betekent dit, dat onze emissies door de verbranding van fossiele brandstoffen voortaan weinig of geen verdere invloed meer hebben op de opwarming van de aarde. Er zou geen klimaatcrisis zijn. Geen enkele bedreiging. We zouden zoveel CO2 kunnen uitstoten als we willen, zonder effect.
Deze verbluffende bevinding lost een enorme onzekerheid op die de klimaatwetenschap al meer dan een eeuw teistert. Hoe moet de verzadiging worden gemeten en wat is de omvang ervan met betrekking tot de primaire broeikasgassen?
In de stralingsfysica betekent de term ‘verzadiging’ niet hetzelfde als het simpele begrip dat we in gewone taal verzadiging noemen, net zoals het broeikaseffect niet hetzelfde is als hoe kassen werken. Je papieren handdoek is verzadigd als hij geen gemorste melk meer opneemt. Daarentegen zijn broeikasgassen verzadigd als er – als het ware – geen melk meer is om op te nemen. Maar het is veel complexer dan deze eenvoudige analogie suggereert.
Happer is bij onze lezers waarschijnlijk het meest bekend als een vooraanstaand sceptisch wetenschapper. Hij was medeoprichter van de prestigieuze CO2-coalitie en was recent lid van de staf van de Nationale Veiligheidsraad, die president Trump adviseert. Maar zijn echte carrière was als stralingsfysicus van wereldklasse in Princeton. Zijn talrijke peer-reviewed tijdschriftartikelen hebben samen meer dan 12.000 citaten van andere onderzoekers opgeleverd.
In deze studie hebben de professoren Happer en van Wijngaarden (H&W) de verzadigingsfysica tot in detail doorgenomen. Hun voorpublicatie is getiteld: ‘Dependence of Earth’s Thermal Radiation on Five Most Abundant Greenhouse Gases’ (Afhankelijkheid van de warmtestraling van de aarde van de vijf meest overvloedige broeikasgassen). Zij zijn veel verder gegaan dan wat er tot nu toe is gedaan aan dit complexe probleem.
Om te beginnen, terwijl de standaardstudies de absorptie van straling door broeikasmoleculen behandelen met behulp van ruwe absorptiebanden van stralingsenergie, analyseren H&W de miljoenen verschillende energieën, de zogenaamde spectraallijnen, die deze banden vormen. Deze lijn voor lijn-benadering is een nieuw analysegebied, dat vaak dramatisch nieuwe resultaten oplevert.
Ze kijken ook niet alleen naar absorptie. Hier is hoe professor Happer het voor mij verwoordde:
Je zou onze gemeenschap een groot plezier doen door twee belangrijke punten over te brengen die weinigen begrijpen. Ten eerste: de thermische emissie van broeikasgassen is net zo belangrijk als de absorptie. Ten tweede: hoe de temperatuur van de atmosfeer varieert met de hoogte is net zo belangrijk als de concentratie van broeikasgassen.
Dus hebben ze heel goed gekeken, niet alleen naar de absorptie, maar ook naar de emissies en de temperatuurschommelingen in de atmosfeer. Het werk is buitengewoon complex, maar de conclusies zijn dramatisch duidelijk.
De centrale conclusie van Happer en van Wijngaarden is deze:
“Voor de meest voorkomende broeikasgassen, H2O en CO2, zijn de verzadigingseffecten extreem, met per-molecuul krachten onderdrukt door vier orden van grootte bij standaardconcentraties…”
Hun grafische conclusies zijn bijzonder veelzeggend:
Figuur 9 uit de voorpublicatie:
“Fig. 9 en ook de tabellen 2 en 4 laten zien dat bij de huidige concentraties de forceringen van alle broeikasgassen verzadigd zijn. De verzadiging van de overvloedige broeikasgassen H2O en CO2 zijn zo extreem dat de per-molecuulforcering met vier orden van grootte wordt gedempt…”.
De andere drie broeikasgassen die ze analyseerden zijn ozon, lachgas en methaan. Deze zijn ook verzadigd, maar niet extreem zoals waterdamp en kooldioxide. Ze zijn ook relatief klein in overvloed in vergelijking met CO2, dat op zijn beurt weer klein is in vergelijking met H2O.
Het is duidelijk dat dit een studie is, waarover de klimaatwetenschap-gemeenschap goed na moet denken. Dit is misschien niet gemakkelijk, aangezien drie grote natuurkundige tijdschriften geweigerd hebben het te publiceren. De commentaren zijn defensief en tegenstrijdig, niet bedachtzaam, noch behulpzaam. Alarmisme heeft controle over de tijdschriften en censureert tegenstrijdige bevindingen, vandaar de voorpublicatie.
Onverschrokken breiden H&W hun analyse nu uit met wolken. Alarmistische klimaatwetenschap komt uit op een gevaarlijke opwarming van de aarde, niet alleen door de toename van CO2, maar ook door het gebruik van positieve feedback van waterdamp en wolken. Aangezien kooldioxide en waterdamp beide extreem verzadigd zijn, is het hoogst onwaarschijnlijk dat wolkenfeedbacks alleen veel schade kunnen aanrichten, maar het vereist een zorgvuldige analyse om dit zeker te weten. Blijf bij de les.
In de tussentijd moet het huidige werk centraal staan, omdat we streven naar rationele klimaatwetenschap. De professoren William Happer en William van Wijngaarden moeten worden gefeliciteerd met een elegante en tijdige doorbraak.
***
David Wojick, Ph.D. is een onafhankelijke analist die gespecialiseerd is in wetenschap en logica in het overheidsbeleid.
Bron hier.
0 reacties :
Een reactie posten