Nicolette van den Hout 29-7-2020
De laatste tijd ontkom je niet aan de foto’s en video’s van arbeidsmigranten die soms wel met tien personen hutjemutje op elkaar leven in een klein vakantiehuisje. Ze delen hun slaapkamer met een kamergenoot, waarbij de bedden nog net niet tegen elkaar aan staan. In de ergste gevallen zijn het vieze, groezelige ruimtes. Anderhalve meter afstand houden, zoals de coronaregels voorschrijven, is dus niet mogelijk. En ook op het werk kunnen ze niet altijd afstand houden, met als gevolg dat er in mei achttien werknemers positief werden getest op corona bij het grootste slachthuis van Nederland, Vion in Boxtel, en later die maand nog eens 147 medewerkers bij een slachthuis in Groenlo.
Lees ook het commentaar van Arendo Joustra: Goedkope arbeidsmigranten hinderen automatisering
Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten
Dat kan zo niet langer, vindt het kabinet. En dus stelde het een Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten aan onder leiding van voormalig SP-fractieleider Emile Roemer. Zijn eerste bevindingen verschenen in juni. Op zeven punten, beschreven in negen pagina’s, kan het beter.
De crux is dat arbeidsmigranten voor hun werk, huisvesting, vervoer en zorgverzekering afhankelijk zijn van één en dezelfde instantie: het uitzendbureau. Maar ook de bedrijven die de werknemers inhuren, vooral in de sectoren distributie, land- en tuinbouw, bouw, schoonmaak en vleesverwerkende industrie, dragen verantwoordelijkheid. Net als de arbeidsmigrant zelf.
Verbeter de huisvesting
Roemer pleit ervoor om in elk geval de migranten die werken in bedrijven met een hoog risico op coronabesmetting, zoals vleesverwerkende bedrijven, een eigen slaapkamer te geven. Op termijn zou iedere migrant dat moeten krijgen. Het probleem is dat er een woningtekort is in Nederland, waardoor er ook te weinig verblijfplaatsen zijn voor arbeidsmigranten. Volgens Roemer kan dit worden opgelost door tijdelijk alternatieven te bieden, zoals huisvesting in hotels of omgebouwde kantoorpanden. Bovendien zouden de migranten gewoon een huurcontract moeten krijgen, zodat ze huurbescherming hebben. Nu is het nog zo dat het werk gekoppeld is aan de verblijfplaats. Verliest de arbeider zijn werk, dan staat hij op straat.
Ditzelfde geldt voor de zorgverzekering. Aangezien de werkgever dat regelt, is de migrant onverzekerd zodra hij werkloos raakt. De overheid zou er met de zorgverzekeraars voor moeten zorgen dat de verzekering voor een bepaalde periode door blijft lopen op kosten van de werkgever, zodat de migrant de kans krijgt om ander werk te vinden of om terug te keren naar het thuisland.
Keurmerk goed werkgeverschap
Verder moet zowel het vervoer als de werkplek coronaproof worden gemaakt. Werknemers moeten op anderhalve meter van elkaar kunnen werken en worden vervoerd . Dit is de verantwoordelijkheid van het uitzendbureau en het inhurende bedrijf. Dit zou juridisch steviger verankerd moeten worden, vindt Roemer. Daarnaast zou er een vergunningsplicht of keurmerk moeten komen voor goed werkgeverschap, om zo ‘malafide uitzendbureaus te stoppen’. Bij goed werkgeverschap horen ook goede arbeidsvoorwaarden en woonvoorzieningen. Wat het aanjaagteam betreft moeten daar dan ook minimumnormen voor komen, zodat daar niet meer op geconcurreerd wordt.
Tot slot zou er een loket moeten komen waar arbeidsmigranten terecht kunnen als er problemen zijn of als ze vragen hebben.
Kabinet gaat aan de slag
Het kabinet heeft al laten weten de aanbevelingen ‘met urgentie’ op te pakken. Zo gaat het in gesprek met gemeenten, regio’s en provincies voor nieuwe woonruimtes, gaat het onderzoeken wat voor soort huurcontract arbeidsmigranten zouden moeten krijgen en staat het open voor maatregelen om uitzendbureaus aan te pakken.
Elsevier
Elsevier
1 reacties :
Zorg ervoor dat de arbeidsmigrant even veel verdient als de Nederlandse werknemers. Dan is het hele probleem zo over.
Een reactie posten