Er is meer onderzoek nodig naar de bestrijdingsmiddelen die in de Drentse natuurgebieden zijn gevonden. 3-6-2020
Dat zegt LTO Nederland in een reactie op het bericht van Natuurmonumenten over die vondsten.
Na onderzoek op verzoek van Natuurmonumenten bleek dat soms op kilometers afstand van akkerranden nog restanten van gewasbeschermingsmiddelen werden gevonden. Dat onderzoek werd gedaan op verschillende plekken op het Dwingelderveld, het Holtingerveld en in het Drents-Friese Wold.
'Nog veel onduidelijk'
Joris Baecke is portefeuillehouder Gezonde Planten van LTO Nederland. Hij reageert schriftelijk, in eerste instantie aan de leden van LTO.
"Wij betreuren het dat het rapport over 17 monsters niet ingaat op de mogelijke herkomst van de aangetroffen stoffen. Ook de gesuggereerde relatie met afnemende insectenpopulaties wordt niet nader onderbouwd. Het is dan ook hoog tijd dat hier betrouwbaar wetenschappelijk onderzoek naar komt zodat de uitkomsten van dit soort studies beter geduid kunnen worden", schrijft Baecke.
Volgens Baecke heeft de landbouw al veel stappen gezet in het terugdringen van restanten die achterblijven.
Ook Natuurmonumenten vraagt om beter onderzoek naar de risico's van de achtergebleven bestrijdingsmiddelen. Het Drentse Landschap heeft minister Schouten van Landbouw daar ook al om gevraagd. Baecke sluit zich daar bij aan: "Meten is een ding, maar begrip van de oorzakelijke verbanden is nog veel belangrijker. Dan kunnen we allemaal actie ondernemen die effectief is, van boer tot burger tot terreinbeheerder en overheid."
RTV DRENTHE
0 reacties :
Een reactie posten