De afgelopen 24 uur zijn 33 nieuwe sterfgevallen gemeld van mensen die besmet waren met het coronavirus. In totaal vallen in ons land nu 5748 coronadoden te betreuren. Het aantal ziekenhuisopnames steeg met 14. Daarmee zijn in totaal 11.627 coronapatiënten op genomen (geweest), meldt het RIVM.
Marlies van Leeuwen
Gisteren werden er nog 21 nieuwe sterfgevallen gemeld en 34 nieuwe ziekenhuisopnames. Daar zat mogelijk een weekendeffect in: een deel van de overlijdens en opnames wordt pas maandag door de GGD doorgegeven en wordt dinsdag genoteerd in de rapportage van het RIVM. Sowieso komen de gegevens soms met vertraging binnen. Zo blijkt uit de gegevens van het RIVM dat onder de 33 doden die het instituut vandaag kan melden, er drie mensen zijn die half april al zijn overleden. Vier ‘nieuwe’ patiënten waren al begin april in een ziekenhuis opgenomen.
Het RIVM kreeg van de GGD’en in het land de afgelopen 24 uur 198 nieuwe meldingen van bevestigde besmettingen binnen. In totaal zijn inmiddels 44.447 mensen in Nederland positief getest op het virus. Het werkelijke aantal infecties ligt waarschijnlijk een stuk hoger. Niet iedereen met, veelal milde, klachten wordt op het virus getest. Ook het sterftecijfers is in werkelijkheid aanzienlijk hoger, omdat lang niet iedereen wordt getest. Vanaf juni komt daar verandering in, dan zou iedereen met klachten getest kunnen worden, liet het kabinet gisteren weten.
Reproductiegetal
Het aantal mensen dat ziek wordt door het coronavirus neemt sinds eind maart af. Volgens RIVM-baas Jaap van Dissel ‘wiebelt het reproductiegetal tussen de 0,7 en de 1'. Dat zei hij vanochtend tijdens een technische briefing over het coronavirus in de Tweede Kamer. Dit betekent dat het aantal besmettingen afneemt.
Volgens Van Dissel lag het R0-getal aan het begin van de uitbraak tussen de 2 en de 3. Dat betekent dat toen iedere coronapatiënt tussen de twee en drie andere mensen besmette. Ook zij besmetten op hun beurt weer twee of drie mensen. Na tien van deze stappen kunnen er 90.000 mensen besmet zijn geraakt.
Van Dissel gaf aan dat het moeilijk is om het getal nauwkeurig te bepalen, zeker als men naar de afgelopen tien tot veertien dagen kijkt. ,,We bepalen de R0 op basis van ziekenhuisopnames. Maar die getallen worden vaak achteraf gecorrigeerd. Daarom kijk je als het ware in de ‘achteruitkijkspiegel’ naar de situatie van minstens twee weken terug.”
Je kijkt als het ware in de ‘achteruitkijkspiegel’ naar de situatie van minstens twee weken terug
Langdurige zorg
Bij mensen met langdurige zorg ligt het aantal sterfgevallen weer bijna op normaal niveau. Tijdens de coronacrisis overleden opvallend veel mensen in deze kwetsbare groep. Dat melden het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vandaag. Bij lang niet bij alle overlijdens is er getest op corona.
In de week van 4 mei overleden ongeveer 1170 mensen die langdurige zorg ontvingen, zo’n 250 minder dan een week eerder. Dat is de vierde daling op rij. Het gaat om mensen die thuis zorg ontvingen of in een zorginstelling als een verpleeghuis woonden. Het aantal sterfgevallen in deze groep is nu te vergelijken met de eerste tien weken van dit jaar, maar is nog iets hoger dan normaal in deze tijd van het jaar.
In de eerste negen weken van de corona-epidemie - van 9 maart tot en met 10 mei - overleden ruim 15.000 mensen die langdurige zorg kregen. Volgens de onderzoekers is dit sterftecijfer 53 procent hoger dan te verwachten viel onder normale omstandigheden. Onder de rest van de bevolking lag het aantal sterfgevallen 20 procent hoger.
DE GELDERLANDER
0 reacties :
Een reactie posten