Je zou het bijna vergeten, maar we zitten ook nog in een stikstofcrisis.

Datum:
  • maandag 20 april 2020
  • in
  • Categorie: ,
  • Wethouders in Noord-Holland hebben zeven ideeën om de woningbouw toch weer op gang te brengen

    Hedzer Faber 20-4-2020


    ’Door de stikstofcrisis stagneren veel woningbouwplannen in onze provincie. Het streven van het provinciaal bestuur en de gemeenten is erop gericht die plannen vlot trekken en de vergunningverlening op volle sterkte te brengen. Die inzet wordt gewaardeerd, maar naar onze waarneming kan het tempo omhoog en kan de provincie wat verder haar nek uitsteken en zo de woningbouw bevorderen.
    Al deze maatregelen moeten natuurlijk in het licht worden gezien van het belang om met een voortvarende aanpak de provinciale Natura 2000 gebieden te herstellen. De provincie Noord-Holland kan in natuurherstel en het vlottrekken van projecten een voorhoedepositie innemen. De urgentie van de woningvraag en het natuurherstel rechtvaardigen dit ten volle.
    Zeven korte-termijnacties die de woningbouw vlot trekken en de natuur niet schaden
    1. Neem enig juridisch risico bij de vergunningverlening
    Sinds de rechtelijke uitspraak over de PAS op 29 mei 2019 is veel twijfel ontstaan over de vergunbaarheid van woningbouwplannen en andere projecten waarbij stikstof in het geding is.
    ‘Bij twijfel niet inhalen’ lijkt de richtlijn te zijn die de Omgevingsdiensten hanteren bij de beoordeling van vergunningaanvragen. Omdat er na de PAS-uitspraak weinig nieuwe jurisprudentie is, zijn de marges onduidelijk en overheerst twijfel over de vergunbaarheid van aanvragen. Vergunningen die met 100% zekerheid een eventuele rechtelijke toets zullen doorstaan, zijn er weinig.
    Anderzijds ontstaat geen nieuwe jurisprudentie (en daarmee helderheid) als de provincie geen vergunningen verleent waarover (lichte) twijfel bestaat. Wij adviseren om enig risico accepteren en meer te vergunnen in situaties die zich daarvoor lenen. Het geeft politiek ‘comfort’ als alle betrokkenen goed worden geïnformeerd over het risico en zich dus bewust zijn dat de vergunning de eindstreep mogelijk niet zal halen.
    2. Handel vergunningaanvragen vlot af
    De Omgevingsdiensten kampen met een forse werkdruk, daar bestaat begrip voor. Niettemin moet het - met gevoel voor urgentie en een vlotte, ongecompliceerde communicatie met de vergunning-aanvragers - mogelijk zijn om de aanvragen binnen de wettelijke termijn van 13 weken af te handelen. Dat duurt nu vaak (veel) langer. Wij adviseren Gedeputeerde Staten om regelmatig managementinformatie bij de omgevingsdiensten in te winnen over de doorlooptijden.
    3. Gebruik de ecologische motivering
    Gebruik de ecologische motivering en breng de staat van de beschermde habitat in N2000-gebieden jaarlijks in beeld. De RvS uitspraak (d.d. 11-03-20) over het Pallas- project toont aan dat een toename van stikstofdepositie in goed functionerende natuurgebieden toelaatbaar is indien ecologisch onderzoek aantoont dat geen significant effect voor de instandhouding van de beschermde soorten te verwachten is. Goed beheerde N2000-gebieden met relatief weinig uitstoot in de omgeving vormen dus geen blokkade meer voor (woningbouw-)projecten. Om de ecologische motivering te versnellen, bepleiten wij dat de provincie in de N2000-gebieden, per hexagoon de ontwikkeling van de beschermde habitat jaarlijks laat onderzoeken. Hiermee ontstaat een basis voor motivering van projecten op ecologische grondslag.
    4. Geef meer mogelijkheden voor intern salderen
    Een in het plangebied gesitueerde stikstofbron die wordt gesaneerd in het kader van de transformatie telt mee bij de berekening van de stikstofdepositie. Nu gelden daarvoor zeer strenge voorwaarden en een zware bewijslast. Zo telt bijvoorbeeld de uitstoot van een gebouw met een publieksfunctie dat inmiddels om veiligheidsredenen al is gesloopt niet meer mee. Dat gebeurt op basis van de provinciale beleidsregel die eigenlijk voor interen salderen in de agrarische sector is bedoeld. Daardoor krijgen nu projecten en plannen waar al gesloopt is geen groen licht, terwijl herstel van de oude situatie (die het bestemmingsplan toestaat) méér stikstof zou uitstoten. Ons advies: wees pragmatisch en geef meer mogelijkheden voor intern salderen. Bepleit in IPO-verband aanpassing van deze beleidsregel op korte termijn. Zolang dat niet het geval is, vragen wij om een ruimere interpretatie van de beleidsregel.
    5. Introduceer gebiedsgerichte drempelwaarden
    Wat enorm zou schelen in de doorlooptijd van bouwplannen, (onderzoeks-)kosten en belasting van ambtenaren en vergunning-aanvragers is de instelling van gebiedsgerichte drempelwaarden. Indicatief: voor de bouwfase 0.5 mol/ha. en voor de gebruiksfase 0.1 mol/ha. In Nederland is de depositie nu gemiddeld 1.600 mol/ha, dus dit gaat om zeer lage drempels. De provincie Noord-Holland zou ook hier het voortouw kunnen nemen.
    De vermeden uitstoot door de kabinetsmaatregelen (o.a. verlaging maximumsnelheid) en aanvullende maatregelen van de provincie bieden voor elk N2000-gebied voldoende ‘stikstofruimte’ om deze lage drempelwaarden te kunnen compenseren via een salderingsbank.
    6. Gebruik de salderingsbank van het stikstofregistratiesysteem actief
    Extern salderen met wegnemen van stikstofbronnen is in beginsel toegestaan, met 30% afroming voor de natuur. Omdat projecten die stikstofruimte vragen en projecten die stikstofruimte opleveren vrijwel nooit gebruik zullen maken van exact dezelfde hoeveelheid stikstofruimte is een salderingsbank nodig waar stikstofruimte ingebracht en ook weer voor projecten uitgegeven wordt. Het nieuwe stikstofregistratiesysteem is zo’n salderingsbank. Het systeem is ingericht per N2000-gebied.
    Het provinciaal bestuur kan bijdragen aan de ruimte in deze stikstofbank door nieuwe projecten die stikstofuitstoot reduceren op te nemen. Denk hierbij aan gesaneerde (agrarische) bedrijven, beperkingen van het wegverkeer nabij N2000-gebieden of een schoner wagenpark.
    Aerius-berekeningen vertalen de verzamelde vermeden stikstofuitstoot naar de effecten op het N2000-gebied. Projecten die stikstof uitstoten kunnen de beschikbare stikstofruimte gebruiken.
    Hoe eerder salderingsbanken gevuld worden, des te sneller we de weggenomen stikstofbronnen kunnen inzetten voor hoogst noodzakelijke woningbouw.
    7. Geef duidelijkheid over bestemmingsplannen in relatie tot stikstof
    Het is juridisch onduidelijk hoe met de dubbele toets van zowel bestemmingsplan als omgevingsvergunning binnen het plangebied moet worden omgegaan. Hier is nog geen ervaring mee. De vraag wordt acuter, nu de plancapaciteit (voor woningbouw) in vigerende bestemmingsplanen langzamerhand op raakt. Bijkomend voordeel van het bestemmingsplan is dat de jurisprudentie over intern salderen ruimer is dan voor individuele projecten.
    Het zou enorm helpen als op bestemmingsplanniveau een natuurvergunning kan worden verleend die dan ook bruikbaar blijft bij de vergunningen die op basis van dat plan worden verleend. Een dubbele vergunningverlening (bij zowel plan als project) zal vertragend en kostenverhogend werken.’
    Friso de Zeeuw
    (Voorzitter Economisch Forum HBA)
    Dick Min
    (Voorzitter bouwend Nederland NHN)
    Heleen Keur
    (wethouder Den Helder)
    Theo Meskers
    (wethouder Hollands Kroon)
    Klaas Valkering
    (wethouder Bergen)
    Annette Valent-Groot
    (wethouder Heerhugowaard)
    Jasper Nieuwenhuizen
    (wethouder Langedijk)
    Arthur Helling
    (wethouder Hoorn)
    Andrea van Langen
    (wethouder Medemblik)
    Wessel Breunesse
    (wethouder Zaanstad)
    Jelle Beemsterboer
    (wethouder Schagen)

    Noordhollands Dagblad

    0 reacties :

    Een reactie posten