Molens zijn de mensheid lange tijd van dienst geweest als bruikbaar werktuig om zwaar werk te kunnen doen. Elk dorp van enige betekenis had zo’n molen. Er waren ruwweg drie keuzen. Een rosmolen door paard, koe of os of ezel d.w.z. koolstof gedreven. Een windmolen, een watermolen of een combinatie van 2 of drie van genoemde mogelijkheden.
Ooit was menskracht toereikend, daarna benutten we de spierkracht van dieren. Of de kracht van wind en water. Door de inzet van menselijk vernuft werd het mogelijk de gaven van de natuur optimaal te benutten en evenzo aan de grillen van de natuur weerstand te bieden.

Matt Ridley.
Daardoor steeg het levenspeil en daarmee de gemiddelde leeftijd. Deze evolutionaire aanpassing van de mens is uitstekend beschreven in het boek “The rational optimist “van Matt Ridley. Een bevlogen auteur die activistische studenten van Wageningen het liefst wilden weren. Weer zo’n voorbeeld van de strijd tussen preciezen en rekkelijken. Tussen dogmatici en twijfelaars. Tussen betweters en zoekers.
Het menselijke vernuft bracht ons een hogere levensstandaard, meer gezondheid, een langer leven en daarmee een wereldbevolking die exponentieel groeit. Daarom ook sprak de club van Rome zijn bezorgdheid uit over die groei en het er mogelijk mee samenhangende grondstoffenprobleem.

Naomi Klein.
Maar daar waar de bevolking groeit moet ook de economie groeien om die levensstandaard op peil te houden. Tenzij je net als Naomi Klein terug wilt naar de goede oude tijd. De tijd van jager verzamelaar vraag ik me dan af. Lees haar boek “No time”. En tegelijkertijd dringt de gedachte “practice what you preach zich bij me op. Iets wat ook Al Gore zich aan mag trekken.
En van dat grondstoffenprobleem is het energieprobleem het meest nijpend. Vooral met het nakende verbod op het gebruik van fossiele brandstoffen.
Met veel goedkope energie ben je in staat de aarde verder en dieper te exploreren op zoek naar delfstoffen. Daarmee maak je het mogelijk van afval weer grondstof te maken. Cradle to cradle zoals William McDonough en Michael Braungart ons al eerder voorhielden. En dan upcyclen en niet downcyclen. Houdt de grondstof dus zo lang mogelijk in het gebruikscircuit en verbrandt die grondstof pas als je er geen ander nuttig gebruik van kunt maken. Verstook dus geen bruikbaar timmerhout, maar gebruik het optimaal zoals door bijvoorbeeld vingerlassen inmiddels overal wordt gedaan. Maak weinig duurzaam hout duurzaam bijvoorbeeld door het Platohoutprocedé. Gebruik de minder bruikbare resten als materiaal voor papier karton, spaanplaat en Mdf. Rek die gebruikscyclus maximaal op. Doe hetzelfde bij alle grondstoffen en restproducten. Maar dat kan alleen dank zij goedkope energie.
Momenteel is fossiele energie goedkope energie en daarmee de reden dat er door China op allerlei plaatsen nieuwe kolencentrales worden gebouwd: 1600 in totaal. Misschien zijn het er inmiddels 100 minder omdat ze 100 oude centrales hebben opgepimpt. Moeten we dat toejuichen? Ja zeker als het de vervanging van vuile centrales betekent en de toegang tot goedkope energie in ontwikkelingslanden mogelijk maakt en het verbranden van mest, tropisch oerwoud en bos indamt.
Het rijke westen heeft een alternatief in de vorm van windmolens, zonnepanelen en biobrandstof meent u wellicht. Maar bij gebrek aan betaalbare opslag van elektrische energie uit windmolens en zonnepanelen lijkt het mij een slecht idee om overal waar de wind maar genoeg waait of de zon ooit schijnt de aarde met windmolens en zonnepanelen vol te zetten. Niet meer windmolens en zonnepanelen plaatsen dan er gelijktijdig en kostenverantwoord ook de opslag bij overproductie is geregeld. Dat is voorlopig dus pas op de plaats. Maar wel op zoek naar veilige en betaalbare alternatieven. Gepaard gaande met eerlijke voorlichting vrij van Haags gebabbel en manipulatie.

Marijn Poels.
Verplicht de windmolenexploitant daarom ook om ook zorg te dragen voor de opslag van zijn overtollige energie. En voor de duidelijkheid, overtollig is wat de normaal draaiende en opgestelde centrales niet kunnen leveren. Windpark met opslag erbij, centrale eraf. Zonder de volstrekt idiote kapitaalvernietiging van een gasnetwerk en nog goed functionerende kolencentrales, om over de hagelnieuwe zeer schone centrales maar niet te spreken. En al helemaal niet over biobrandstof uit voedingsmiddelen of landbouwgewassen. Erg verhelderend in dit opzicht is de documentaire “The Uncertainty has settled” van Marijn Poels.
Nu moet er namelijk naast elk windmolenpark een centrale met bijbehorend personeel standby staan terwijl de kosten daarvan niet aan de windmolenexploitant worden doorberekend. Gebeurde dat wel, dan stond er volgens mij geen windmolen in Nederland. En hetzelfde geldt ook voor de huidige zonnepanelen die met goedkope arbeid in China worden gemaakt en voor onze streken vooralsnog een te laag rendement hebben.
Het rendement van zowel zonnepaneel als windmolen wordt dan zo oninteressant dat geen investeerder er nog aan begint. Hoe weet ik dat? Wel, mijn elektrische energie kost eigenlijk ruim 5 cent per kilowattuur. De rest zijn bezorgkosten en belastingen. De windenergie is goedkoop en de zonne-energie een koopje wordt gezegd, maar de energie wordt ondanks dat alleen maar duurder.
Zoiets heet volksverlakkerij, net als het bericht van de tweedehands autoaccu’s die het Ajax stadion van een back-upmoeten voorzien en waarvan in ons fameuze NPO nieuws blijkbaar de suggestie moet uitgaan dat het opslagprobleem zo goed als opgelost is.
Een goed bedoelde tweede maar even onnozele oprisping is die van groene diesel uit afgedankt fritesvet. Leuk hoor, maar een druppel op een gloeiende plaat. Is dit upgraden of downgraden? Ook hier zit een groen hersenspoelend luchtje aan.
Mocht ik me compleet vergissen in de rentabiliteit van de geprezen windmolens, dan zag ik graag en liefst van de klimaat-alarmisten een eerlijke berekening van de kosten die samenhangen met het plaatsen, het onderhoud, de verwijdering tot op het 12 meter diepe deel van de betonsokkel, de recycling van de rotorbladen en de benodigde extra infrastructuur die nodig is om de energie bij de klant te brengen. Maar misschien kunnen we met de gesubsidieerde afdankertjes nog een Afrikaans land plezieren. Uiteraard met een uit ontwikkelingsgelden gesubsidieerd transport en plaatsingskosten.
Vooralsnog worden die extra kosten van gascentrale en extra infrastructuur onevenredig neergelegd bij de andere belastingbetalers die niet om deze gekte gevraagd hebben.

Vaclav Klaus.
Ben ik tegen “Goed voorbeeld doet goed volgen”. Nee allerminst. Ik ben ervoor dat Nederland en elk relatief rijk en hoogtechnologisch land het voortouw neemt om de veronderstelde bedreiging door teveel CO2 het hoofd te bieden. Studie staat daarbij voorop. Studie los van de breidel van allerlei belangengroepen. Noem mij één niet belanghebbende. Regel dat dus eerst. Ook een dwerg als Nederland met zijn 14000ste deel van het landoppervlak van de aarde en dientengevolge een bescheiden bijdrage van de toenemende hoeveelheid CO2 en methaan in de atmosfeer kan en moet nadenken en handelen bij een mogelijke dreiging bij het deels onbewoonbaar worden van Nederland en andere mogelijk bedreigde landen of eilanden. Bedenk daarbij wel dat de groeiende wereldbevolking vraagt om passende oplossingen waarbij het middel niet erger is dan de kwaal. En erken dat de aarde en het klimaat zo haar eigen grillen heeft die we niet af kunnen wentelen door ontwikkelingslanden hun fossiele energie te ontnemen. Het boek “Blue planet in green shackels” van Vaclav Klaus kan e.e.a verduidelijken.

Peter van Beurden.


Met die grillen van natuur en klimaat moeten we leven. Volgens mij heet dat met een moeilijk woord adapteren.
Hopelijk blijft een ijstijd nog even uit, want dat is pas een écht probleem van een totaal andere omvang als de tot nu toe erg beperkte opwarming waarvan we pas over pakweg 10 jaar kunnen zeggen of er sprake is van een klimaatopwarming van enige betekenis.