Onthullingen over praktijken klimaatinquisitie

Datum:
  • donderdag 13 november 2014
  • in
  • Categorie:
  • Het is nog erger dan we dachten.

    Geplaatst door Hans Labohm op 13 november, 2014 - 17:00
    In het algemeen genieten wetenschappers groot aanzien en vertrouwen bij het publiek, meer dan bijvoorbeeld politici of handelaren in tweedehandsauto's. Er waren weliswaar recentelijk enkele gevallen van wetenschappelijke fraude aan Nederlandse universiteiten, maar die hebben waarschijnlijk toch niet tot een blijvend verlies aan vertrouwen geleid, omdat het hier slechts incidenten betrof. Er is echter één tak van wetenschap, waar door de jaren heen stelselmatig tegen de wetenschappelijke ethiek werd gezondigd. En dat is de klimatologie.
    Hierbij zal men waarschijnlijk in de eerste plaats aan 'Climategate' denken. Het betrof hier de openbaarmaking van duizenden e-mails, waaruit bleek dat een kleine groep vooraanstaande klimatologen temperatuurdata manipuleerden, collega's inzage weigerden in zowel de ruwe data als de correcties die daarop waren toegepast, samenspanden om te voorkomen dat collega's die tegenstander waren van de menselijke broeikashypothese podium kregen in de wetenschappelijke bladen, redacties van wetenschappelijke bladen trachtten te beïnvloeden enz. enz..
    Maar dit was en is slechts het topje van de ijsberg. Een uitvoerig, goed gedocumenteerd overzicht van de jarenlange duistere praktijken van de klimaatinquisitie is op de website 'Internet- Vademecum' te vinden.
    Mainstream klimatologen zijn door de jaren heen altijd discussie met klimaatsceptici uit de weg gegaan. Vooraanstaande klimaatactivisten, zoals Al Gore, Jim Hansen en Hans Joachim Schellnhuber, werden talloze malen uitgenodigd om deel te nemen aan klimaatdiscussies met sceptici. Zij hebben dit bijna altijd geweigerd. Sterker nog, een aantal van hen heeft getracht de critici op allerlei manieren dwars te zitten, door pogingen om hen te muilkorven, het verspreiden van lasterpraatjes, het dichtdraaien van de subsidiekraan voor hun wetenschappelijk onderzoek, het verhinderen van hun publicaties in wetenschappelijke tijdschriften, het ontzeggen van toegang tot ruimten van academische instellingen voor het organiseren van discussies, het verwoesten van wetenschappelijke carrières, soms zelfs ontslag enz. enz.  
    Onder de wetenschappers die slachtoffer zijn geworden van dergelijke praktijken kunnen worden genoemd: Fred Singer, Horst Malberg, Bjorn Lomborg, Richard Lindzen, (wijlen) Ernst-Georg Beck, Chris Landsea, Steve McIntyre, Nils-Axel Mörner, Henk Tennekes, Will Happer, William Gray, Hal Lewis, Ivar Giaever, Christopher Monckton, Michael Griffin, John Christy, Roy Spencer, Ferenc Miskolczi, Mitchell Taylor, Alan Carlin, Denis Rancourt, Ulrich Berner, Hansjörg Streif, Eduardo Zorita, Bob Carter, Murry Salby, en Lennart Bengtsson.
    Op de eerdergenoemde website wordt over al deze wetenschappers nadere informatie gegeven over de wijze waarop zijn door de mainstream zijn gedwarsboomd. 
    Een van de scherpste analyses over wat er mis is met de huidige staat van de klimatologie is die van Richard Lindzen: 'Climate Science – is it currently designed to answer questions?'
    Samenvatting:
    For a variety of inter-related cultural, organizational, and political reasons, progress in climate science and the actual solution of scientific problems in this field have moved at a much slower rate than would normally be possible. Not all these factors are unique to climate science, but the heavy influence of politics has served to amplify the role of the other factors. By cultural factors, I primarily refer to the change in the scientific paradigm from a dialectic opposition between theory and observation to an emphasis on simulation and observational programs. The latter serves to almost eliminate the dialectical focus of the former. Whereas the former had the potential for convergence, the latter is much less effective. The institutional factor has many components. One is the inordinate growth of administration in universities and the consequent increase in importance of grant overhead. This leads to an emphasis on large programs that never end. Another is the hierarchical nature of formal scientific organizations whereby a small executive council can speak on behalf of thousands of scientists as well as govern the distribution of ‘carrots and sticks’ whereby reputations are made and broken. The above factors are all amplified by the need for government funding. When an issue becomes a vital part of a political agenda, as is the case with climate, then the politically desired position becomes a goal rather than a consequence of scientific research.
    This paper will deal with the origin of the cultural changes and with specific examples of the operation and interaction of these factors. In particular, we will show how political bodies act to control scientific institutions, how scientists adjust both data and even theory to accommodate politically correct positions, and how opposition to these positions is disposed of.
    Lees verder hier.
    Het zal m.i. nog lange tijd duren voordat het zelfreinigend vermogen van de wetenschap erin zal slagen een einde te maken aan de gesignaleerde malafide praktijken. Maar er zijn toch hoopvolle ontwikkelingen, zoals ….  
    Laatste nieuws
    Op het NRC–klimaatblog van Paul Luttikhuis is vandaag de eerste aflevering geplaatst van de reeds eerder aangekondigde discussie tussen Jan Paul van Soest en ondergetekende, waartoe Gerbrand Komen, voormalig directeur wetenschappelijk onderzoek van het KNMI en em. professor klimaatdynamica aan de Universiteit van Utrecht, het initiatief heeft genomen. Zie hier









    0 reacties :

    Een reactie posten