“Aarhus conventie! Klacht tegen staat der Nederlanden broodnodig”
Blog “Opinie & Debat” nr. 11
woensdag 12 november 2014
Geschreven door: Kees Hordijk
Terwijl vanuit de overheid en zelfs vanuit de energieleveranciers meer aandacht is voor
draagvlak van omwonenden bij de realisatie van windparken, krijgen de inwoners en
gemeenteraadsleden van Korendijk de locatie van hun energieopgave letterlijk door hun strot
geduwd. En eerlijk is eerlijk, er was al heel wat aan vooraf gegaan, maar wie mij vraagt te gaan
stemmen bij de komende provinciale statenverkiezing krijgt een luid NEE te horen. Want dat deze
volksvertegenwoordigers er niet voor ons zitten als inwoners van Zuid-Holland staat voor mij als
een paal boven water.
Wat vooraf ging
De 5 gemeenten in de Hoeksche Waard dachten de dans wel te ontspringen. Iedereen wist dat er in
Nederland maar liefst 6000 MW windenergie op land moest worden gerealiseerd. Dat was ook bekend
bij een agrariër in Korendijk. Mijn zijn grond ingeklemd tussen twee dorpen had hij voldoende ruimte om
windturbines te plaatsen en daarmee zijn zakken te vullen. Dat nou juist dat stukje grond het meest
dichtbevolkte stuk is van de wijd uitgestrekte gemeente Korendijk, zag niemand en ook niemand van de
gemeentebestuurders als een probleem. Die rotdingen zouden namelijk helemaal niet op ons eiland
komen, we hadden immers de status ‘Nationaal Landschap’.
Dat deze status al snel geen enkele betekenis meer zou hebben, daar was niemand op voorbereid. Vijf
voor twaalf toen de Provincie onder andere locatie 50 in Korendijk had opgenomen in haar Provinciale
Structuurvisie actualisering 2012 kwam de lokale politiek in beweging. Snel daarna kregen ze van de
Provincie Zuid-Holland de kans binnen drie maanden gezamenlijk met locaties te komen. Maar na drie
maanden rollenbollen en nimby gedrag op gemeentelijk niveau, was het resultaat nul. Nou liever gezegd
minder dan nul want de Provincie Zuid-Holland was boos en die boosheid wordt vandaag de dag nog
steeds als excuus gebruikt om lijnrecht tegen de wensen van bewoners en gemeenteraadsleden in,
koers te houden op een windpark aan het Spui tussen Piershil en Nieuw-Beijerland. Dat de
gemeenteraadsleden begin 2013 ook nog eens een document tekenden waarin zij vastlegden mee te
werken, uit angst de regie en leges mis te lopen, hielp niet.
Wat er nu gebeurt
En bewoners? Ook die werden te laat wakker. Maar vanaf dat waakmoment zijn zij wel positief aan de
slag gegaan. Er zijn handtekeningen verzameld, er is kennis opgedaan en er zijn eindeloos veel
gesprekken geweest met de gemeenteraadsleden. Samen met het NLVOW is kennis opgebouwd, zodat
raadsleden langs de weg van kennis en feiten konden beslissen over de windopgave in hun dorpen. En
diezelfde gemeenteraad besloot gedurende dit traject achter haar inwoners te gaan staan. Waarbij
overigens altijd is aangegeven bij de Provincie dat zij haar verantwoordelijkheid zou nemen en een
windpark in haar gemeente zou realiseren. Er is echter wel gekozen om samen met de burgers op zoek
te gaan naar de meest geschikte locatie. Via een stakeholderspanel, informatiebrieven en
informatieavonden worden inwoners van Korendijk meegenomen in dit proces. Een proces waarbij
duidelijk gezocht wordt naar zoveel mogelijk draagvlak.
Maar geloof het of niet. De provincie is nog altijd boos. Dat de gemeente Korendijk zijn verantwoordelijkheden inmiddels serieus neemt en luistert naar haar burgers, met zorgvuldig onderzoek recht doet aan de wensen van haar inwoners, daar wil men in Den Haag niets van horen. Resultaten uit het verleden blijven de toekomst bepalen. De provincie Zuid-Holland dendert door en besluit nu, slechts drie maanden voor de uitslag van de brede MER naar de beste locatie, haar favoriete locatie en haar favoriete exploitant door ieders strot te duwen.
Op 19 november wordt in de Statencommissie Ruimte en Leefomgeving het door gedeputeerde staten voorgestelde inpassingplan voor locatie 50 besproken.
Als stemmer kan ik nu alleen nog maar hopen dat onze volksvertegenwoordiging zijn naam eer aan gaat doen!
www.nlvow.nl
1 reacties :
De PvdA Sinterklazen blijven maar geld over de balk smijten.
Kabinet stort 100 miljoen in klimaatfonds
DEN HAAG -
Het kabinet stort 100 miljoen euro in het Groene Klimaatfonds. Met geld uit dat fonds moeten de armste landen de gevolgen van klimaatverandering kunnen aanpakken.
Foto: ANP
Dat maakte minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) bekend tijdens een bezoek aan Rwanda. Het geld voor het VN-fonds komt van haar begroting.
In december is er een klimaattop in Peru en in aanloop daar naartoe maken meer landen hun bijdrage bekend. „Het is zaak dat dit fonds binnenkort aan de slag kan”, aldus Ploumen.
„Met deze bijdrage laat Nederland zien dat de gevolgen die deze landen ondervinden door klimaatverandering, moeten worden aangepakt”, zegt staatssecretaris Wilma Mansveld van Milieu.
Tijdens de klimaattop in Kopenhagen in 2009 spraken de internationale gemeenschap af om een fonds op te zetten dat arme landen moet helpen bij klimaatprojecten. Het fonds moet vanaf 2020 jaarlijks gevuld zijn met 100 miljard dollar.
Het klimaatfonds wordt ook door het bedrijfsleven gevuld. „Welvarende landen, bedrijven en andere organisaties verklaren zich samen solidair met landen die niet het geld of de kennis hebben zich te beschermen tegen het veranderende klimaat', aldus Mansveld.
Op verzoek van Nederland wordt volgens Ploumen bij financiering van projecten door het klimaatfonds ook gekeken naar de bijdrage aan gelijkheid tussen mannen en vrouwen en armoedebestrijding.
De top in Lima (Peru) is de opmaat naar de grote klimaattop in Parijs volgend jaar. Daar moet een nieuw internationaal klimaatakkoord worden afgesproken als opvolger van het Kyoto Akkoord uit 1997.
Een reactie posten