Na het WC–eendonderzoek van Natuur en Milieu (2/3de van de Nederlanders wil zo snel mogelijk, zoveel mogelijk windmolens, wanneer je ze voorspiegelt dat windstroom gratis is en wanneer je 1000 euro extra energiebelasting per jaar verzwijgt) lokte ik Olof van der Gaag uit de tent met – ik mag wel zeggen – onvriendelijke krachttermen rond zijn morele en intellectuele gesteldheid. Dat was niet zo netjes maar het werkte, want Van der Gaag kwam direct reageren, gemotiveerd om te tonen hoeveel meer beschaafd hij is dan ik. Was ik onpersoonlijk gebleven, dan had hij niet gereageerd. Na meerdere keren Van der Gaag om inhoudelijke argumenten te vragen kunnen we hier de volgende discussie optekenen.
Olof: Ik geef graag een paar inhoudelijke argumenten voor windenergie: het is een schone en oneindige bron van energie.
RZ: De wind waait altijd ergens, zoals eb en vloed elkaar altijd afwisselen, en zoals ook vulkanen energie kunnen leveren, of de superstormen rond de planeet Jupiter: de vraag is, hoe maak je deze energie op kosteneffectieve wijze hanteerbaar, en zijn er betere manieren voor minder geld en milieubelasting (waarbij je ook het geld dat je via niet verspilde subsidies uitspaart kan inzetten voor bestrijding van vervuiling of innovatie). Voor de productie van 80 ton staal per turbine is fossiele brandstof en kolen nodig, die zijn eindig, staal is eindig, en de ton 'rare earth metals' nodig voor de turbine is zeer vervuilend, afkomstig uit één Chinese mijn. Molens moeten iedere 15 jaar vervangen waar een gascentrale 30-40 jaar meekan voor het zelfde vermogen maar dan constant geleverd i.p.v. weersafhankelijk, en waar dankzij die wisselvalligheid altijd een gas- of kolencentrale backupmoet staan.
Laten wij ons beperkte verbeeldingsvermogen bij energie–innovatie niet leidend zijn maar knappe creatieve geesten, dan vinden wij veel betere manieren om minder fossiele brandstoffen te verstoken. Vooralsnog leidt de toename van 12 procent windvermogen in Europa niet tot een daling van de CO2-uitstoot van de utiliteitssector zo blijkt uit haar jaarcijfers. Een nadeel van gas– en kolenelektriciteit is dat je veel energie weggooit: via exergie en rendementsverbetering kun je grote slagen maken, meer, goedkoper en sneller dan met wat symbolische molentjes. Ik ben sterk voor effectief klimaatbeleid en dat bereik je door zo goedkoop mogelijk te werken, niet via dure symboolspeeltjes.
Olof: Duurzame energie wordt snel goedkoper, zeker als het volume toeneemt. Windmolens worden productiever en goedkoper, net als zonnepanelen. Bijv. in het SER akkoord staat een kostendaling van 40% voor offshore windenergie – anders geen subsidie
RZ: Windmolens worden vooral GROTER, zonnecellen worden productiever en goedkoper. Bij toename van volume stijgen momenteel eerder de prijzen, die kostendaling van 40 procent is een wensdroom van de overheid die nergens met actuele marktgegevens wordt onderbouwd. In werkelijkheid is offshore wind momenteel jaarlijks duurder geworden, mede dankzij het feit dat slechts een beperkt aantal spelers deze molens kunnen bouwen en dus prijzen opdrijven, en diverse farms voor de Engelse kust zijn daarom afgeblazen. Wat wél mogelijk is: bij massaproductie van zonnepanelen én meer energie–innovatie kan de prijs omlaag, echter de EU schermde vorig jaar de markt daarvoor af om Europese bedrijven te beschermen. Wanneer wij de 100 miljard euro energiesubsidies die jullie naar de windmolenindustrie willen sluizen nu richting energie–innovatie t.a.v. nanotech voor zonnecellen sluizen, energie-opslag is Nederland straks niet de manke nelis van energieland maar koploper
Olof: Vervuiling en het uitputten van eindige bronnen van energie zijn nagenoeg gratis; dat vind ik onterecht. Vervuiling moet een hogere prijs hebben gezien de maatschappelijke problemen die dat veroorzaakt.
RZ: In Nederland geldt al decennia het principe ‘de vervuiler betaalt’, en het CPB schat dat wij (burgers en bedrijven) in Nederland 40 miljard euro per jaar besteden aan milieumaatregelen. Daarnaast moeten grote emitters van CO2 al voor emissies betalen. Waar het vooral om draait is kosteneffectiviteit van milieubeleid. Moeten wij energie exorbitant duur maken? Dat houdt ook in dat wij alle bedrijvigheid verjagen, en daardoor kunnen we straks óók geen kapitaal meer vrijmaken voor milieubescherming en natuur. Het zijn de onderontwikkelde landen waar ook de vervuiling nu het hoogste is
Olof: Infrastructuur voor bestaande energiebronnen is uit collectieve middelen gefinancierd — het is terecht dat we met z'n allen ook bijdragen aan de infrastructuur voor de nieuwe energiebronnen van de toekomst
RZL: De kern van het debat rond het SER Energieakkoord draait niet om publieke financiering van energie-infrastructuur maar de kosten–baten–analyse t.a.v. weersafhankelijke energie uit wind en zon (waarbij de zon op onze breedtegraad in de winter slechts een fractie levert door de lage invalshoek van zonlicht) . Wat kost het burgers en wat levert het op. De aardgasbaten betaalden 40 jaar lang de verzorgingsstaat en maakten de subsidiëring van de in Nederland zo sterke milieubeweging mogelijk. Windenergie heeft géén baten voor de schatkist, wel kosten. Een voorbeeld: de coöperatie windvogel vangt MEP–subsidies, die per jaar van exploitatie méér bedragen dan de winst uit stroom. Waarom vasthouden aan wind, i.p.v. die publieke middelen aanwenden voor een aanvalsplan nieuwe energie met échte innovatie (bv energieopslag, nanotech voor superzonnecellen. Er zijn vele slimmere manieren naar een duurzamer Nederland, maar dogmatisch utopisch gemotiveerde lieden blokkeren deze weg nu.
Olof: voorlopig hebben we ook fossiele bronnen nodig en is het belangrijk om die zo schoon mogelijk te benutten. Gas is daarbij heel belangrijk. Dat neemt niet weg dat ook gas eindig is (anders dan zon en wind); dat gaswinning nu al wekelijks aardbevingen veroorzaakt in Groningen (dat is nog eens overlast); dat gas afhankelijkheid creëert van bv Rusland (waar zon en wind van onszelf zijn).
RZ: Het is eenvoudig een leugen te beweren dat we met meer windmolens minder gas zullen verbruiken, omdat slechts 11-13 procent van het primaire energieverbruik via elektriciteitsopwekking plaatsvindt, het leeuwendeel daarvan uit kolen: waarom blijft Natuur en Milieu daar zo hardnekkig op gericht? Slechts 2 procent van ons primair energieverbruik wordt met wind opgewekt.
Het leeuwendeel is transport (33 procent) en industrie (29 procent, die van het aardgas vervolgens 55 procent als grondstof gebruikt i.p.v. verstookt), je kunt de cijfers vinden in ‘de Rekening voorbij‘ van de ingenieursvereniging. De grootste fossiele energiebron is op afstand aardolie in Nederland met 50 procent, geen aardgas (35 procent), kolen doen 8 procent (alles voor elektriciteit). Van alle gebruikte energiedragers gaat 15 procent verloren als conversieverlies. Vervangen wij dit oliedeel door biobrandstoffen dan is 3 maal het oppervlak van Nederland nodig.
Ik hecht meer waarde aan door ingenieurs berekende getallen. Dat zijn geen meningen of beweringen, wil je ze weerleggen dan moet je met betere berekeningen komen. Kun je dat niet, of meen je in de positie te zitten dat niet te hoeven doen, dan kun je bevinkjes van 1 Richter er met de haren bij slepen als gelegenheidsargument om zo de kern van de discussie te verleggen. Nogmaals: Terwijl dankzij dump van gesubsidieerde windstroom en goekope kolen vele schone gascentrales nu buiten bedrijf zijn en de elektriciteitsopwekking in Europe géén minder CO2 uitstootte ondanks de toename van windmolenvermogen van 12 procent, volgens eigen opgave van de sector.
Oftewel Olof, toon mij berekeningen, getallen en bewijzen dat het SER Energieakkoord waarvan jullie architect zijn ook maar 1 procent fossiele brandstoffen uitspaart ten opzichte van de huidige situatie, die niet weer elders via vrijkomende emissierechten worden verstookt: dat kunnen jullie niet, jullie zijn daar nooit in geïnteresseerd geweest. Er is tot nu toe geen serieus inhoudelijk debat mogelijk geweest.
Waarom niet? Waarom is Natuur en Milieu niet geïnteresseerd in meetbaar effect op milieu, in onkosten voor gezinnen, en staat ze enkel voor peperduur symboolbeleid en is ze niet bereid haar eigen stokpaardjes te onderwerpen aan een degelijke toetsing van kosten en baten? Ik hoop op een degelijk inhoudelijk antwoord, opnieuw, in plaats van een postmoderne ontwijking in de trant van ‘this is my truth, what is yours’, of het etaleren van je morele superioriteit. In afgezonderde gebieden kan een windmolen in combinatie met energie–opslag zeker een rol spelen. Wij betwijfelen echter of weersafhankelijke energie zonder opslag op grootschalige wijze fossiele brandstof vervangt, politieke wil is hier niet relevant, wel nuchtere berekening en natuurwetten. Tegelijk zien we dat klimaatactivisten als James Hansen al pleiten voor de inzet van kernenergie, waar Natuur en Milieu uit voornamelijk ideologische redenen zich tegen keert. (Waarom geen innovatie in thoriumreactoren stimuleren?)
Wat wil Natuur en Milieu? Is het milieu voor jullie een vehikel voor een politieke ideologie? Of willen jullie met milieubeleid doen wat ik wil: een mooier land met meer natuuroppervlak en groene ruimte, in plaats van een verder geïndustrialiseerd land waar megamolens de waarde van woningen doen dalen, het landschap aantasten en per turbine 30-130 vogelslachtoffers per jaar en vleermuizen doden. Terwijl op iedere kolencentrale in NL nu de slechtvalk broedt: waar is bij jullie het aspect ‘natuur’ beland en wat is ‘milieu’ eigenlijk? En waarom komen jullie als lobbyist voor de windmolenindustrie (Siemens etc.) in aanmerking voor zowel subsidies als Postcodeloterijgeld?
In geduld en met de hoogste achting verblijven wij:
Rypke Zeilmaker
0 reacties :
Een reactie posten