Hollands Kroon - 'Contact met normale mensen'
Mike Deutekom
Regeltjes, procedures, projecten, modellen, termijnen en nietszeggende ambtenarenblabla. Daar lopen inwoners die iets willen van de gemeente vaak in vast. En andersom wil de gemeente graag van inwoners weten hoe ze tegen zaken aankijken, maar toont die inwoner maar weinig belangstelling.
Tot een resultaat naar ieders tevredenheid leidt de communicatie tussen gemeente en inwoners - en andersom - nog veel te weinig, concludeert wethouder Jan Steven van Dijk van Hollands Kroon. Te vaak zijn het gesprekspartners die tot elkaar veroordeeld zijn, maar waarvan de ene Chinees spreekt en de ander Arabisch.
„Het gaat over burgerparticipatie. Hoe bereik je je inwoners, zorg je er voor dat ze zich betrokken voelen bij de zaken die er gebeuren in hun gemeente, hun dorp of woonomgeving. Je ziet bij gemeenteraadsverkiezingen de belangstelling voor de lokale politiek afnemen, terwijl de gemeente wel steeds meer voor die inwoners gaat regelen. Hoe betrekken we de directe belanghebbenden bij zaken die hen aangaan?"
Medestander
Het zijn vragen waar Van Dijk met Hollands Kroon een antwoord op probeert te vinden.
„Het gaat om het organiseren van dingen met en voor elkaar. De gemeente is er altijd voor de inwoners geweest. Daarvoor bestaan gemeenten. Maar om me heen hoor ik steeds vaker dat de gemeente 'met al die regeltjes' vaker wordt gezien als de tegenstander in plaats van medestander als men iets wilt. Dat willen we veranderen. Pak je kans, de gemeente bekijkt hoe het initiatief ondersteund kan worden, hoe iets mogelijk kan worden gemaakt. We moeten daarbij natuurlijk wel de grenzen bewaken, zodat eventuele overlast voor anderen de kaders niet te buiten gaat. De gemeente zou moeten faciliteren en verder als een soort grensrechter moeten fungeren."
„Er moet anders worden gedacht, vooral binnen de gemeentelijke organisatie", stelt Van Dijk. „Je moet eigenlijk ook af van een woord als 'burgerparticipatie'. Ik weet niet wie dat heeft bedacht maar dat woord geeft direct het probleem aan. De gemeente en de inwoners zijn twee verschillende stammen die elkaars taal niet begrijpen. Toch moeten we samen om tafel, om zo tot de beste oplossingen te komen.",
„Neem bijvoorbeeld het ontmoetingscentrum in 't Veld. Daar ging ik praten, met mensen die me precies konden vertellen hoe ze het wilden hebben. Daarmee zijn we naar de architect gestapt en is het ontmoetingscentrum zoals de bewoners ermee uit de voeten kunnen. We hadden ook als gemeente zelf wat kunnen bedenken, en de architect daarmee aan de slag laten gaan. Maar dan was ongetwijfeld lang niet iedereen tevreden geweest. Juist met die direct betrokkenen wil ik als gemeente om tafel, om samen tot het beste plan te kunnen komen."
Als ander goed voorbeeld noemt hij de Belbus. „De initiatiefnemers van de Belbus kwamen met een goed plan. De gemeente biedt de faciliteiten (financiële middelen, red.) maar de regie ligt elders."
'Normale'
„De vraag voor ons als gemeente is hoe we het zo kunnen organiseren dat mensen mee praten, mee doen. En dan niet de geëigende meepraters. De wethouders, ambtenaren, politieke volgers, aanhangers van de politieke partijen. We zijn op zoek
naar contact met de 'normale' mensen, de direct betrokkenen bij initiatieven of nieuw beleid. Want op het gemeentehuis heerst er een bepaalde manier van denken. Wij zoeken juist die leden van die andere 'stam, voor een verfrissend geluid, een andere kijk op de zaak."
„Een voorbeeld. De inrichting van het groen in een dorp. Als gemeente stellen we daar een budget voor op, waarbij we vastleggen dat we bijvoorbeeld zoveel gras in het dorp hebben dat weinig onderhoud vergt en dat er verder nog rozenperken komen, maar minder omdat die meer onderhoud nodig hebben. Maar als de bewoners liever meer rozen willen en die zelf wel willen onderhouden, waarom zouden we dat dan niet kunnen doen? Zolang het past in het budget, geen probleem. En dan krijg je er een mooier dorp door. Dat is waar we heen willen." Van Dijk beseft ook dat het 'samen met de inwoners optrekken' in bepaalde gevallen niet tot een oplossing kan leiden. „Neem nu het transformatorstation. Dat moet er komen, maar nergens willen inwoners zo'n ding logischerwijs hebben. Dan kom je er met overleggen niet uit. Uiteindelijk moet de gemeente dan de knoop doorhakken."
Wethouder Jan Steven van Dijk.
3 reacties :
Wethouder Van Dijk is nu 2 jaar wethouder en bovendien had hij van het NIET functioneren van de ambtenaren al op de hoogte kunnen zijn voordat hij wethouder werd omdat zijn partij al jaren in het college zit.
Voormalig wethouder V.d.Laan, ook PvdA, is wethouder geweest en hij heeft al die jaren zijn uiterste best gedaan om het disfunctioneren van zijn ambtenaren onder het kleed te vegen, trouwens ook zijn eigen falende beleid werd voortdurend verzwegen.
Het zal allemaal wel te maken hebben met de verkiezingen die weer voor de deur staan, maar laten we hopen dat de PvdA niet groot genoeg blijft om een wethouder te leveren want V. d. Laan staat te springen om weer wethouder te worden.
Overigens was die zelfde V. d. Laan zelf ook in zijn "werkzame" leven ambtenaar. Nog een termijn van deze waardeloze en onbetrouwbare politicus zal helemaal desastreus voor de gemeente uit pakken.(tenminste, als het nog slechter kan)
Wethouder Van Dijk durft het probleem tenminse aan de orde te stellen, dat heeft nog geen wethouder voor hem aangedurfd en daar is zeker in HK lef voor nodig. Ben benieuwd hoe lang het gaat duren voor een of meer ambtebnaren hem een kunstje flikken.
Al in de beginjaren van deze eeuw heeft de politiek van Anna Paulowna onderzoeksbureau Greep de opdracht gegeven het gemeentelijke ambtenaren eens goed door te lichten omdat er signalen waren dat het niet, of niet goed functioneerde.
De conclusies uit dat rapport waren en zijn vernietigend voor het ambtenaren apparaat: slecht functionerend en een totaal verziekte arbeidssfeer. Het advies luidde dan ook om alle ambtenaren te ontslaan.
De oplossing van de politiek was als volgt: iedere ambtenaar moest ontslag nemen en weer solliciteren op zijn of haar functie of desnoods een andere functie.
Het resultaat was dat een aantal ambtenaren hun eigen plekje weer terug kreeg maar in veel gevallen werden ambtenaren voor "bewezen" diensten gepromoveerd. De weinig wel goed functionerende en integere ambtenaren vertrokken naar elders.
Het rapport Greep is in een diepe lade verdwenen en er is verder niets mee gedaan, de reden waarom is wel duidelijk.
Het enige wat wethouder Van Dijk hoeft te doen is proberen het rapport Greep boven tafel te krijgen en in overleg gaan met zijn collega Lia Franken, want zij weet van het rapport omdat Lia Franken in die periode ook al wethouder was en van A tot Z op de hoogte is.
Dat ambtenaren zo ver kunnen gaan is te wijten aan politici die hun dubieuze zaakjes er door gedrukt willen hebben en dat kan alleen maar met behulp van hun ambtenaren die daar dan natuurlijk voor beloond willen worden met weer een promotie en de daarbij behorende hogere loonschaal.
Een reactie posten