Rechter: miljoenen aan milieuheffing terug naar burgers

AMSTERDAM - Uitspraak met groot gevolg andere steden

door Harry van Gelder 

Steden moeten hun invvoners mogelijk miljoenen aan te veel betaalde milieubelasting terugbetalen. Dat is het gevolg van een uitspraak van de rechtbank van Midden-Nederland. 

De rechters oordeelden dat Rhenen 2,2 miljoen euro moet terugbetalen aan zijn burgers, omdat de gemeente de afgelopen jaren veel te veel rioolbelasting en afvalstoffenheffing heeft geheven. Het bedrag komt neer op 250 euro per huishouden.

De rechtszaak is aangespannen door Leo Schenk. Hij wees de gemeente Rhenen meerdere keren op de te hoge heffing, maar die weigerde het bedrag aan de bevolking terug te storten. „Toen kon ik niets anders doen dan naar de rechter te stappen. We eisen van bedrijyen transparant te zijn. Dan moet dat zeker gelden voor de overheid. 1k vind het in tijd van crisis pervers dat een gemeente jarenlang structureel de burgers benadeelt", zegt Schenk.

Begroting 

De uitspraak kan grate gevolgen hebben voor andere steden. Adviesbureau Roland Berger berekende in 2010 dat veel gemeenten 16 tot 60 procent te hoge belasting hieven op de afvalverwerking. Dat geld gebruikten de steden vooral om gaten in hun begroting te dichten, in plaats van terug te geven aan de burgers, zoals ze wettelijk verplicht zijn. De belasting op deze milieumaatregelen mag volgens de Gemeentewet namelijk niet meer zijn dan de geraamde kosten. Gemeenten zoeken echter allerlei creatieve manieren om het te veel betaalde milieugeld niet terug te hoeven geven, concludeerde Roland Berger.

De meervoudige kamer van de rechtbank van Midden-Nederland onderschrijft de conclusie volledig. In het vonnis zegt de rechtbank dat Rhenen er ten onrechte dubbele reserves op nahield. Ook werden er stelposten opgevoerd waar geen uitgaven voor waren begroot. En was al in 2011 duidelijk dat de kosten voor afvalverwerking met 60 procent zouden dalen, maar werd dit niet in de tarieven verwerkt.

De gemeenteraad van Rhenen praat vandaag over de zaak. „We bestuderen de uitspraak en overwegen in hoger beroep te gaan", zegt wethouder Financien H. van den Berg.


de Telegraaf