HAARLEM - Plasterk legt het nog een keer uit.
DOOR SILVAN SCHOONHOVEN
Voor minister Ronald Plasterk was het zaterdag een thuiswedstrijd. In het Teylers Museum in Haarlem kwam hij het belang van een superprovincie uitleggen aan PvdA-partijgenoten.
De minister van binnenlandse zaken reist door Utrecht, Noord-Holland en Flevoland om de geesten voor te bereiden op de grote samensmelting die het kabinet voor ogen heeft. Gemeenten zijn gemiddeld twintig maal zo groot geworden als in de tijd van Thorbecke, toen de drie Nederlandse bestuurslagen (gemeente, provincie, rijk) werden ingesteld. Nu steden uitdijen en fuseren; komen gemeente en provincie in omvang te dicht tegen elkaar te zitten, zegt Plasterk. De provincies moeten dus meegroeien.
,,De minister zegt daar twee dingen over. Ten eerste: als deze fnsie niet doorgaat is dat geen ramp. „Alles gaat dan gewoon door. Het middenbestuur blijft enigszins verscholen zijn nuttige werk doen." Maar, en dat is het tweede punt: „Als we deze kans niet aangrijpen, winnen de cynici. Dan is er voorlopig geen nieuwe kans. Het is nu of nooit."
Plasterk kent de tegenargumenten inmiddels van buiten. Dat de burger zich niet meer betrokken zou voelen bij een
superprovincie, bijvoorbeeld. Hij is daar niet van onder de
indruk. "Tukkers hebben ook een regio-gevoel zonder provincie en dat maakt hen niet uit. Ik ben niet voor schaalvergroting, groter is niet beter."
Gaat het om een bezuiniging, wil iemand uit de zaal weten.
„Dat is niet het doel, maar het is wel een bijkomstigheid - zo'n 75 miljoen euro."
De minister krijgt rugdekking van de Amsterdamse stadsdeelwethouder Thijs Reuten en van Jacques Wallage, voorzitter van de Raad voor het Openbaar Bestuur. Wallage is er eerlijk
over: hij heeft weinig op met provincies. „Ik heb wel eens gezegd: de provincie is een vorm op zoek naar inhoud. Dat was heel onvriendelijk." Maar als het dan moet komen tot een provinciefusie, dan maar snel. „Tegen mensen die vinden dat het allemaal te vlug gaat zou ik
zeggen: word snel wakker en ga je leesachterstand inlopen. We zijn namelijk al tien jaar bezig."
Wallage gelooft ook niet in het bestaan van een sterk regiogevoel in dit deel van het land.
„Ik ben nog nooit een Haarlemmer tegengekomen die zich Noord-Hollander voelt."
Plasterk zegt dat hij voor zijn plannen vrij weinig tegenspraak ondervindt in Noord-Holland. „Minder dan in Utrecht en Flevoland. In Flevoland is de meeste weerstand."
NHD
0 reacties :
Een reactie posten