door jan peter versteege
ALKMAAR
Onderzoekers van de Amerikaanse Harvard-universiteit zeggen overtuigend
bewijs te hebben dat er een relatie is tussen minimale hoeveelheden van het
landbouwgif imidacloprid en de sterfte van bijenvolken. ,,Ons experiment gaat om
hoeveelheden gif ónder wat normaal is in gewassen of waar bijen normaal
fourageren’’, zegt Harvard-milieubioloog prof. Alex Lu.
In het onderzoek van Lu en collega’s in de staat Massachussetts blijkt dat
er maar minieme hoeveelheden imidacloprid nodig zijn om op wat langere termijn
effecten te krijgen. De Zutphense toxicoloog Henk Tennekes, die in 2010 al
publiceerde dat er net als bij kankerverwekkende stoffen geen veilige doses zijn
voor neonicotinoïden als imidacloprid, is blij met het onderzoek van Lu en de
zijnen. Hij heeft zijn collega inmiddels per e-mail gefeliciteerd.
In hun experimenten in de zomer van 2010, waarvan de resultaten een paar
dagen geleden werden gepubliceerd, is gemeten over een periode van 23 weken met
vier verschillende doses van het landbouwgif imidacloprid. Na twaalf weken leek
er nog geen effect, maar na 23 weken was in 94 procent van de korven geen
levende bij meer te vinden.
Tennekes hoopt dat de argumenten van Lu en de zijnen ook de discussie op het ministerie voor economische zaken, landbouw en innovatie weer op gang brengen. ,,Daar wilde men niet geloven dat bij insecten, waaronder honingbijen, een stapeleffect optreedt bij minieme hoeveelheden in nectar en stuifmeel. In Nederland hanteert men weliswaar via toelatingen maxima aan wat je mag gebruiken’’, zegt de toxicoloog. ,,Maar dit toont opnieuw aan dat minimale doses op wat langere termijn al dodelijk zijn.’’
Vorige week werd nog aangetoond in het blad Science uit Frans en Schots
onderzoek dat het gebruik van imidacloprid leidt tot desoriëntatie - bijen
kunnen hun korf niet meer terugvinden - en een 85 procent lagere geboortecijfer
van hommelkoninginnen.
Daarnaast werd onlangs duidelijk dat imidacloprid ook bij zoogdieren een
negatief effect heeft op het zenuwstelsel. Bij jonge ratten zagen Japanse
wetenschappers dat bij minuscule doses al negatieve gevolgen optraden bij de
ontwikkeling van hun hersens.
De Japanners onder aanvoering van onderzoeker Junko Kimura-Kuroda veronderstellen dat eenzelfde werking optreedt bij de jonge mens en de ontwikkeling van het kinderbrein. Mensen krijgen het gif binnen via groente, fruit, aardappelen en andere etenswaar.
Volgens het CTGB, het college dat voor het ministerie naar het onderzoek
heeft gekeken, is de Japanse studie ’niet bedoeld en niet geschikt (...) om de
reeds beschikbare risicogrenzen voor de mens ter discussie te stellen’. Wel
geeft het Japanse onderzoek volgens het CTGB een ’kwalitatieve onderbouwing van
het neurotoxische werkingsmechanisme van neonicotinoïden’.
0 reacties :
Een reactie posten