DOOR MARTIJN GIJSBERTSEN 3-10-2011
Onderzoek onder omwonenden van bloembollenvelden in de Noordkop en Bollenstreek naar de gezondheidsgevolgen van blootstelling aan bestrijdingsmiddelen is uitermate complex en gaat
Naar verwachting zijn voor zo’n investering, in het huidige klimaat van bezuinigingen, niet eenvoudig geldbronnen aan te boren. Dat laat de GGD Hollands Noorden de gemeente Zijpe weten nadat wethouder Ben Blonk opheldering heeft gevraagd over het voorbereiden van zo’n blootstellingsonderzoek naar landbouwgif.
Aan een dergelijke studie is bij mensen die in de buurt van bollenvelden wonen dringend behoefte, sinds toxicologen hebben gesuggereerd dat pesticiden uit de bloementeelt via oppervlaktewater en lucht kinderen in hun ontwikkeling kunnen schaden.
Zo zouden ongeboren baby’s in de baarmoeder het risico op ontwikkelingsstoornissen lopen. En maken kleine kinderen op latere leeftijd eerder kans op vruchtbaarheidsmoeilijkheden, longproblemen en dementieklachten. Tevens zouden bestrijdingsmiddelen het zenuwstelsel beïnvloeden en een negatieve rol spelen bij Parkinson en Alzheimer.
De Universiteit van Utrecht heeft nu een selectie gemaakt van de twaalf meest gebruikte en relevante bestrijdingsmiddelen. Over deze stoffen is op basis van literatuurstudie ook aangegeven hoe deze het beste kunnen worden onderzocht.
De GGD Hollands Noorden, gezeteld in een van de grootste aaneengesloten bollengebieden ter wereld, vreest dat de financiering op korte termijn niet rond te krijgen is. Zij is daarom voorstander om eerst een reactie op de bevindingen van de universiteit af te wachten van een speciale commissie gewasbestrijdingsmiddelen van de Gezondheidsraad. Dat kan nog minimaal een half jaar tot een jaar duren.
Wordt het benodigde miljoen voor vervolgonderzoek bij elkaar geschraapt, al dan niet via betrokken gemeenten en provincies, dan moet dat zich in de ogen van de GGD vooral richten op kinderen, omdat dat een extra kwetsbare groep is.
NHD
0 reacties :
Een reactie posten