Bollen wijken voor hijskranen

27 maart 2011

Anna Paulowna - Oostelijke oever Noordhollands Kanaal wacht gigantische metamorfose
DOOR MARTLIN GUSBERTSEN

Bloembollen moeten nog ontluiken. Schapen blaten, trekkers bewerken het land. De oostelijke oever van het Noordhollands Kanaal, tussen de Helderse Kooybrug en brug die de trein tussen Alkmaar en Den Helder vice versa over het water voert, is een oase van (plattelands)rust. Hoe anders gaat dat straks worden?

Wanneer schepen van tientallen meters lang in Kooyhaven afmeren. Kranen op het werkeiland voor dit regionaal havengebonden bedrijventerrein rondzwaaien. Om lading aan wal te zetten of juist aan boord te hijsen. En vrachtwagens op en aan rijden.

,,Een glazen bol heeft niemand. Maar dat er meer activiteit plaats gaat vinden, mag geen verrassing heten", zegt gedeputeerde Jaap Bond.

 Bomensingel

„Dat brengt andere geluiden met zich mee. Om de hinder voor omwonenden zo veel mogelijk te beperken, komt rondom Kooyhaven een bomensingel. Bovendien moet de dijk worden verlegd. Om het terrein heen, wat automatisch ook een geluidsbarriêre opwerpt."

De realisatie van bruto 84 hectare ’nat’ bedrijventerrein in de Kop van Noord-Holland, op grondgebied van Anna Paulowna bij de grens met Den Helder, staat hoog op het prioriteitenlijstje van de provincie. En op die van ’hoofdstad van de Noordzee’ Den Helder. Want die offshorehaven heeft een gebrek aan uitbreidingsmogelijkheden. Kan geen kaderuimte bieden aan ondernemers op het gebied van bijvoorbeeld windenergie, zand- en grinttransport, platformbeheer en -onderhoud, afhankelijk van vervoer over water. 

Dus is tussen Ontwikkelingsmaatschappij Noord-Holland Noord, aannemer Heijmans, Den Helder en Anna Paulowna afgesproken voor ruimte aan binnenwater te zorgen.

„De Polder is niet zo op zichzelf gekeerd dat we daar geen medewerking aan willen verlenen", stelt wethouder Fijko van der Laan van Anna Paulowna. „Het belang voor de regio is zorgen dat er nieuw werk (zo’n vijfhonderd banen, red.) ontstaat en bestaande werkgevers niet weglekken."

Wat zijn Helderse collega Kees Visser betreft had gisteren al met de aanleg mogen worden begonnen. „Ook bedrijven op Agriport langs de A7 bij Middenmeer (kassenteelt en wegtransport, red.) kunnen prima gebruik maken van Kooyhaven. Dat onderstreept het enorme regionale belang."

Bond legt uit dat het project op zich heeft laten wachten, omdat het economisch tij niet mee zat. „De provincie koopt maximaal 52 hectare grond, waarvan nu zeventien hectare in eigendom is. Die kosten moeten door gronduitgifte worden opgebracht. Door de crisis was het niet slim meer grond te kopen, de renteteller tikt door. Nu de economie aantrekt, gaan we tempo maken." De provincie houdt 7 juni op een nader te bepalen locatie een informatieavond voor gemeenteraadsleden en Statenleden over de voortgang van Kooyhaven. ____________________________________________________________________________

Vrees voor dag dat shovels en stof komen 

 Ze hebben lang van het idee wakker gelegen, maar zijn er niet dagelijks meer mee bezig. Toch vinden Lea Lahey (56) en Marion Pranger (67) van de Schorweg in Breezand het verschrikkelijk. Dat met Kooyhaven de industrie ’zowat in hun achtertuin’ komt.

„Ik ben faliekant tegen, vind dit ongelofelijk shockerend", zegt Lahey. Ze is vanwege haar beroep als dierfysiotherapeut voor honden en paarden twintig jaar geleden bewust op het platteland gaan wonen. „In mijn ogen is de behoefte nooit ontegenzeggelijk aangetoond. Op welk industrieterrein je tegenwoordig komt, overal is leegstand. Maar die liggen niet aan het water, is dan de smoes. Dat acht ik persoonlijk niet geloofwaardig." Pranger wijst op IJmuiden en Amsterdam, waar volgens haar plek zat is. „Moet er toch bedrijvigheid in deze stille hoek komen, dan kunnen ze beter op Oostoever in Den Helder terecht", stelt de bollenteelster, wier overgrootmoeder bij de drooglegging land kocht. En in 1902 cadeau deed aan haar opa toen hij ging trouwen.

„Het is onzin dat daar niks mag omdat het in de plofzone van de NAM (Nederlandse Aardolie Maatschappij, red.) ligt. Daar bevinden wij ons ook in en de hele Helderse woonwijk De Schooten." Lahey is bang voor geluidsoverlast, stank en waardevermindering van haar huis. „Er komt lets op ons of waar we geen zicht op hebben. We hebben geen idee hoe onze zintuigen worden beïvloed, zo niet aangetast." „Omdat een paar zielen dit plan willen doordrukken, zitten wij straks met industrie die nooit meer verdwijnt. Ik vrees de dag dat de shovels, vrachtwagens en het stof komen."

 Gezichtsverlies 

Pranger vreest eerder ’landschapsverrommeling’ plus, op langere termijn, leegstand en verpaupering. „Al jaren wordt als argument gebruikt dat het banen oplevert, een dooddoener. De hoop dat het niet doorgaat, is bij mij vervlogen. Dit willen ze per se doorzetten, tegenstanders hebben geen schijn van kans: anders is het gezichtsverlies."

 Bron: NHD