1 februari 2010
Breezand - De bloembollensector is zeer bevreesd dat de aanleg van de Kooijhaven negatieve gevolgen heeft voor de waterkwaliteit in het bollengebied.
Omdat de waterkwaliteit van essentieel belang is voor de agrarische sector en met name de bloembollenteelt wil LTO Noord garanties mbt de waterkwaliteit nu en in de toekomst.
Dankzij een motie van het CDA is die zekerheid er nu. Jan Smakman voorzitter van LTO Noord afdeling Breezand heeft er lang voor gestreden en is uitermate tevreden met de toezegging voor een nulmeting. De aanleg van het Regionaal Havengebonden Bedrijventerrein (RHB)wijzigt niet alleen de aanvoerroute van oppervlaktewater voor het achterliggende bloembollengebied maar ook de peilgebieden.
Bovendien komt er meer scheepvaartverkeer waardoor er meer schutverlies zal optreden. Allemaal factoren die van invloed zijn op de kwaliteit (verzilting) en de kwantiteit van de grond en oppervlaktewater en dus van de bloernbolleineelt in het gebied.
Smakman heeft zich er sterk voor gemaakt dat de effecten van de haven op de waterkwaliteit en kwantiteit gevolgd worden. Om de resultaten van de minitoring goed te kunnen beoordelen is op korte termijn een goede milmeting nodig en die komt er nu.
"Door de nulmeting hebben we een goede juridische basis gelegd mocht er in de toekomst toch schade ontstaan door verzilting uit het RHB-terrein”, aldus Smakman. Via de monitoring kunnen we eventuele negatieve efecten op de waterkwaliteit en waterkwantiteit vroegtijdig signaleren en waar nodig maatregelen treffen.
In de gemeenteraad is afgelopen woensdag besloten dat de monitoring en de bijbehorende nulmeting er komen. Op welke manier de nulmeting wordt uitgevoerd is nog niet bekend.
Smakman is heel tevreden met de aanbeveling om de chlorideconcentratie ter plaatse van het inlaatpunt en de aanvoerwatergangen naar de aangrenzende peilgebieden in te meten tijdens en na realisatie van het RHB.
Bron: NHD
0 reacties :
Een reactie posten