Anna Paulowna - Binnen het college van burgemeester en wethouders van Anna Paulowna is een verschil van inzicht ontstaan over de voortgang van het project Kooyhaven.
NHD 15-4-2005
Burgemeester A. Pennink en wethouder S. Steenbergen vinden dat het plan nog een kans verdient. Wethouder L. Franken is van oordeel dat het licht op rood moet.
Het plan voor de verlenging van het voorbereidingsbesluit Havengebonden Bedrijventerrein komt maandag over een week in de raad. Maar er heeft inmiddels een naamswijziging plaatsgevonden: er wordt niet langer over ’havengebonden’ gesproken, maar over ’kadegebonden’. In het totaal wordt er binnen het plan 780 meter kade ontwikkeld.
Voor Franken speelt met name het teloorgaan van hoogwaardige bollengrond een belangrijke rol bij haar standpuntbepaling. "We offeren vijftig hectare bollengrond op. En wat krijgen we ervoor terug? Een bedrijventerrein, waar ondernemingen tot en met milieucategorie vijf zich mogen vestigen. Er is dus hele zware industrie mogelijk. Weliswaar met een ontheffingsprocedure, maar toch. Ik denk dat we geen consistent beleid voeren als we achter het project gaan staan. Vijftig bunder bollenland uit de Polder weghalen en in de Wieringermeer de grond voor bollenteelt omzanden. Zware industrie mogelijk maken en het toerisme tot speerpunt verheffen. Ik wil andere keuzes maken", aldus Franken.
De wethouder wil niet op de besluitvorming in de gemeente Den Helder, die drie miljoen euro risicodragend geld in het project moet stoppen, wachten. „Je moet duidelijk zijn. Als je het echt niet ziet zitten, moet je geen ruimte voor illusies laten:"
Franken vindt ook dat her plan zoals het er nu ligt, te veel afwijkt van het oorspronkelijke idee: "We hebben het over een haven gehad. Nu blijft er maar 780 meter kade over. Daar is in Den Helder ook wel ruimte voor. En ik moet maar zien of er voldoende bedrijven zijn om het terrein te vullen. Dat is op geen enkele wijze aangetoond. Om daar nu zes miljoen euro overheidsgeld aan te besteden, drie miljoen van de provincie en drie miljoen van Den Helder, dat zie ik niet zitten."
Bij haar oordeelsvorming betrekt Franken ook de regio. „Ik verwijs naar Robbenplaat, waar de oorspronkelijke verwachtingen zijn bijgesteld. Gemeenten moeten elkaar niet uit de markt gaan prijzen, maar juist naar de regionale belangen kijken."
NHD
0 reacties :
Een reactie posten