16 september 2003
Provincie NH - Tegen vier topambtenaren van de gemeente Stede Broec is gisteren voor de rechtbank in Alkmaar vier weken voorwaardelijke celstraf geëist vanwege een grootschalig asbestschandaal in Bovenkarspel.
Tegen de gemeente eiste officier van justitie P. Groenhuis een boete van 50.000 euro, waarvan 40.000,- voorwaardelijk. De uitvoerder die bij het milieudelict betrokken was hoorde een eis van twee weken voorwaardelijke celstraf. Zijn baas hangt een boete van tienduizend euro boven het hoofd, waarvan de helft voorwaardelijk.
Twee van de vier topambtenaren beleden gisteren openlijk hun schuld. P. de J.: ,,Ik heb de uitvoerder verleid om dingen te doen die niet mogen. Daar heb ik spijt van. Het overkomt me geen tweede keer.
En zijn directe meerdere J. de W.: Ik heb misbruik gemaakt van het vertrouwen dat de gemeentelijke organisatie in mij stelde. Ook ik heb spijt. De twee andere gemeentefunctionarissen, C.B. en A. de J., zeiden van niets te hebben geweten. Althans, ze herinnerden zich niks.
Plaats van delict was in eerste instantie een terrein aan de Hoofdstraat in Bovenkarspel, waar onder andere de school De Klamp gebouwd moest worden. Iedereen wist volgens rechter A. Van der Perk dat de grond mogelijk vervuild was, een erfenis uit het recente verleden. Bij het bouwrijp maken medio augustus 2001 stuitte uitvoerder J.G. inderdaad op de eerste asbestrotzooi. Het leidde, ook al omdat milieuambtenaren van de provincie zich er mee bemoeiden, tot linten en later hekken, waarbinnen zichtbare asbestresten werden verzameld en afgevoerd volgens de regels.
Toen stuitte de uitvoerder op een oude sloot. De beschoeiing bestond over tientallen meters uit asbestplaten en de sloot zelf was gedempt met nog veel meer rotzooi, zoals puin. J.G. waarschuwde de gemeenteambtenaren. Die vloekten. Er was tijdsdruk. Als dit probleem volgens de regels aangepakt zou worden, liep het project De Klamp ernstige vertraging op. De school zou niet op tijd de deuren kunnen openen. De conclusie was: praktisch oplossen en er vooral geen ruchtbaarheid aan geven. ’Onder de pet houden’ dus.
P. de J. en J. de W. verzonnen een list. Ze gaven uitvoerder G. de opdracht een diep gat te graven en de rotzooi, inclusief de grote stukken asbest, daar in te kieperen. ’Deep down’ was het motto. Zand erover, bedekken met de mantel der liefde.
Om problemen te voorkomen verzwegen ze hun handelswijze voor de gemeentelijke milieuambtenaren en het politieke bestuur van de gemeente, in casu het college van burgemeester en wethouders.
Nog altijd rusten op de bodem van een waterpartij die grenst aan het schoolterrein tientallen kubieke meters astbestafval.
Uitvoerder G. had er moeite mee. ,,Wat jullie doen kan helemaal niet, dat is verboden.’’ Maar hij werkte uiteindelijk wel mee.
Uit de sloot en de rest van het terrein kwam nog veel meer troep dan er in het speciaal gegraven gat verborgen kon worden.
Ook daarmee ging het lelijk mis. Een deel van de vervuilde grond belandde, na tijdelijke illegale oplag in een gemeentelijk gronddepot aan de verlengde Raadhuislaan in Grootebroek, in een geluidswal langs de Drechterlandse weg.
De rest werd per ongeluk gebruik als afdeklaag van het terrein rond de nieuwe school.
Asbestscherven staken boven het verse ingezaaide prille gras uit. De loonwerker sloeg alarm, en toen pas ging de bal goed rollen. Het was inmiddels zomer 2002.
Officier van justitie Groenhuis toonde zich gisteren buitengewoon boos over de handelswijze van de gemeente, die meerdere keren poogde de affaire uit de publiciteit te houden met schikkingsvoorstellen (het betalen van een boete).
,,Asbest is gevaarlijk afval, kankerverwekkend. Het moet de wereld uit. De gemeente Stede Broec geeft een heel slecht voorbeeld aan de burgers door er moedwillig aan bij te dragen dat asbest nog heel lang in het milieu aanwezig blijft.
Ambtenaren hebben het politieke bestuur willens en wetens onkundig gehouden van de gang van zaken, zelfs de milieuwethouder werd niet geïnformeerd.
Volgens Groenhuis heeft de gemeente de gezondheid van de schoolkinderen in de waagschaal gesteld. Terwijl de overheid een voorbeeldfunctie heeft richting burgers, waarvan op milieugebied heel veel gevraagd wordt. Zoals afvalscheiding.
Hij had veel hogere boetes willen eisen. ,,Maar wie betalen die? De burgers die hier geen schuld aan hebben.
Burgemeester Haanstra van Stede Broec, bij de rechtzaak aanwezig als vertegenwoordiger van de gemeente, kreeg persoonlijk een pijnlijke oorvijg van Groenhuis. ,,Hoe zit het met de gemeentelijke organisatie als ambtenaren bij het nemen van beslissingen menen het college van burgemeester en wethouders niet meer nodig te hebben?
Waarom zijn de betrokken ambtenaren niet disciplinair gestraft, waarom zweeg de politiek?
Stede Broec had een chique advocaat ingehuurd, H. Anker. Die bepleitte op vooral juridisch-technische grond nietig verklaring van de aanklachten, dan wel vrijspraak. Ook dat schoot Groenhuis in het verkeerde keelgat. ,,Deze proceshouding voorspelt weinig goeds voor de toekomst."
Bron: NHD
0 reacties :
Een reactie posten